De rechtbank verklaarde eerder het beroep van belanghebbende gegrond, vernietigde de hele naheffingsaanslag en de boete. De rechtbank achtte niet bewezen dat belanghebbende wist dan wel had moeten weten van de btw-fraude in de (internationale) keten. Het gerechtshof denkt hier anders over. Hij acht voor de Spaanse en Roemeense afnemers aannemelijk dat belanghebbende wist dan wel had moeten weten van de btw-fraude. De naheffingsaanslag werd in hoger beroep grotendeels in stand gelaten (en verminderd tot op afgerond € 17.000.000).
De tegen dit oordeel in cassatie aangevoerde grieven falen. Wel wordt de vergrijpboete, die door het hof al was verminderd tot op € 980.000, vernietigd omdat volgens de Hoge Raad sprake is van een pleitbaar standpunt.