De betreffende zaak valt buiten het toepassingsgebied van het Haags Kinderontvoeringsverdrag 1980, omdat India dit verdrag niet ondertekend heeft. Het Haagse hof heeft beslist dat voor de bevoegdheid van de Nederlandse rechter in kinderontvoeringszaken die buiten het toepassingsgebied van het verdrag vallen, beoordeeld moet worden of de zaak voldoende binding heeft met de rechtssfeer van Nederland. Het hof is tot de slotsom gekomen dat de zaak meer binding heeft met de Indiase rechtssfeer dan de Nederlandse rechtssfeer. Daarbij is van belang dat de vader en de moeder van het kind verschillende gerechtelijke procedures voeren in India en de moeder bij de Indiase rechter al een verzoek tot teruggeleiding van het kind naar Nederland heeft ingediend.