Laden...

Doodslag op partner in Helmond: 7 jaar cel

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksGerechtshof s-Hertogenbosch > Nieuws > Doodslag op partner in Helmond: 7 jaar cel
's-Hertogenbosch, 03 augustus 2021

Een 32-jarige vrouw is door het gerechtshof ’s-Hertogenbosch veroordeeld tot 7 jaar cel. Ze heeft haar partner gedood met een hamer. Het hof houdt wel rekening met het feit dat het slachtoffer de vrouw ook mishandelde. De rechtbank Oost-Brabant legde eerder ook 7 jaar cel op.

In de nacht van 4 mei 2016 werd de vrouw wakker omdat haar partner – het latere slachtoffer – met zijn vuist op haar hoofd sloeg omdat hij wilde dat de vrouw een joint voor hem zou draaien en hem wat te drinken zou brengen. Eerder zou hij op de vloer van de slaapkamer hebben gebonkt zodat zij ‘wist’ dat zij naar boven moest komen, maar dat zou zij niet gehoord hebben. In die periode sliep de vrouw beneden op de bank en de man in de slaapkamer.

De man ging terug naar boven en de vrouw haalde drinken voor hem uit de koelkast en ging ook naar boven, maar daar ontstond ruzie. Het slachtoffer zou de vrouw daarbij onder andere bij haar keel hebben gepakt en die hebben dichtgeknepen. De vrouw verklaarde dat zij op enig moment wit licht zag en vreesde voor haar leven. Toen heeft zij met een steigerhamer het slachtoffer van zich af geslagen. De vrouw heeft om hulp geroepen en op de muur gebonsd toen zij het slachtoffer op bed zag liggen en rare geluiden hoorde maken.

Uit onderzoek bleek dat het slachtoffer 13 keer met de hamer op zijn hoofd, hals, borst en been was geslagen.

Noodweersituatie niet aannemelijk

De verdediging heeft aangevoerd dat de vrouw handelde uit noodweer, omdat het slachtoffer haar op haar hoofd en rug zou hebben geslagen en haar keel had dichtgeknepen. Na uitgebreid lichamelijk onderzoek zijn echter geen (sporen van) verwondingen aan haar hoofd en rug waargenomen. Ook lichamelijke verschijnselen die passen bij een verwurging waarover de vrouw verklaarde, zijn niet waargenomen.

De vrouw heeft na de gebeurtenis aangeklopt bij de buurvrouw. De huizen zijn heel gehorig. Zij had dan ook gehoord dat er een worsteling plaats had gevonden. De buurvrouw geeft in haar getuigenverklaring aan dat zij het bonken van de partner van verdachte op de slaapkamervloer heeft gehoord. Zij geeft echter niet aan dat zij het slachtoffer eerst naar beneden hoorde komen, maar wél dat zij alleen verdachte naar boven heeft horen gaan. Ze heeft ook niet gehoord dat de vrouw op de muur zou hebben gebonsd, terwijl hun slaapkamers aan elkaar grenzen.

Daarnaast wordt het scenario dat de vrouw schetste verder ontkracht door de bloedsporen op haar kleding. Als de verdachte tijdens de worsteling met een hamer om zich heen zou hebben geslagen om zo los te komen uit de verwurging van het slachtoffer, is het naar het oordeel van het hof niet te verklaren dat er op haar kleding slechts enkele bloedsporen zaten. De slaapkamer zat daarentegen vol bloedspatten.

Ten slotte ziet het hof niet in hoe de vrouw enkele verwondingen aan het hoofd van het slachtoffer heeft kunnen toebrengen vanuit de situatie dat zij tegenover hem stond en door hem gewurgd werd.

Het hof is daarom net als de rechtbank van oordeel dat er geen sprake is geweest van een noodweersituatie.

Op te leggen straf

Het hof legt de vrouw 8 jaar cel op, maar vanwege de lange duur van het proces gaat daar 1 jaar van af. Doodslag hoort tot een van de meest ernstige misdrijven in het strafrecht, waarbij doorgaans straffen tussen de 8 en 12 jaar worden opgelegd. De vrouw heeft haar partner en vader van hun 3 kinderen zodanig toegetakeld dat hij vrijwel onmiddellijk is overleden. De kinderen waren op dat moment ook in de woning.

Tegelijkertijd heeft het hof oog gehad voor de moeilijke omstandigheden waaronder de vrouw lange tijd leefde. Tijdens het hoger beroep werd aannemelijk dat de vrouw mede tot het delict is gekomen door herhaald en langdurig fysiek, psychisch en – het laatste jaar – ook seksueel geweld tegen haar gepleegd door het slachtoffer. Daarbij hebben gevoelens van angst, vernedering en woede een rol gespeeld. Hoewel deze context het feit niet rechtvaardigt, heeft het hof deze omstandigheden in strafmatigende zin meegewogen.

Uitspraak