Op 3 maart 2017 gaan deze 3 mannen samen met nog 2 mannen naar een café in Oostburg. Als ze met zijn vijven in de auto onderweg zijn, wordt er een wapen getoond en gevraagd wie dat bij zich houdt. De latere schutter, de man uit Zoetermeer, stopt het wapen bij zich. Later die avond loopt de man uit Breskens uit het café naar buiten, waar hij ruzie krijgt met het latere slachtoffer, een man van 24 jaar. Zij raken slaags en al vechtend komen ze het café weer binnen. De man uit Breskens roept tegen de man uit Zoetermeer dat hij moet schieten. De Zoetermeerder komt vervolgens met zijn wapen aangesneld en schiet meermalen op het slachtoffer, dat als gevolg daarvan overlijdt. Na de schietpartij vlucht de groep het café uit en met de auto rijden de mannen weer naar huis.

Het hof veroordeelt de bestuurder van de auto, net als de rechtbank Zeeland-West-Brabant, voor het verlenen van hulp aan iemand die een strafbaar feit heeft gepleegd. Daarvoor krijgt hij een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van 6 maanden opgelegd.

De rechtbank legde de achterneven allebei 6 jaar gevangenisstraf en tbs met dwangverpleging op, ook al had de ruziemaker uit Breskens niet meegewerkt aan een psychiatrisch en psychologisch onderzoek (ECLI:NL:RBZWB:2018:977 en ECLI:NL:RBZWB:2018:980). In het hoger beroep heeft hij zich wel laten onderzoeken. De deskundigen concludeerden dat hij in verminderde mate toerekeningsvatbaar is. Ook heeft hij een gebrekkige ontwikkeling en een ziekelijke stoornis van de geestvermogens. Bovendien achten zij de kans op herhaling groot. Het hof legt deze man mede daarom tbs met dwangverpleging op.

De schutter heeft zich door de rechtbank wel laten onderzoeken. In het hoger beroep heeft het hof nog nadere vragen aan de gedragsdeskundigen gesteld. Zij noemen een aantal nadelen aan het opleggen van tbs aan deze Zoetermeerder. Het hof vindt dat deze nadelen groter zijn dan het nadeel van het opleggen van alleen een gevangenisstraf. Daarom legt het hof deze man geen tbs op maar wel een forse gevangenisstraf. Daarbij heeft het hof er ook rekening mee gehouden dat deze man - in tegenstelling tot zijn achterneef - niet eerder betrokken is geweest bij een reeks van gewelddadige incidenten.

Een simpele caféruzie is ontaard in een dodelijke schietpartij. Er zijn meerdere schoten gelost en ook omstanders hadden geraakt kunnen worden. Het hof rekent dat de achterneven zeer aan. Er is een jonge man gedood en dat is in de eerste plaats bijzonder schokkend voor zijn naasten. Ook voor anderen in de samenleving is het een schok die zorgt voor gevoelens van angst en onveiligheid.

Alles afwegend komt het hof tot een gevangenisstraf van 12 jaar voor de 23-jarige schutter. De 31-jarige man krijgt 10 jaar gevangenisstraf en tbs met dwangverpleging opgelegd.