Laden...

Het oordeel van de rechter

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Amsterdam > Nieuws > Het oordeel van de rechter
Amsterdam, 07 maart 2022

De rechtbank Amsterdam doet ongeveer 140.000 uitspraken per jaar. Iedere week selecteren we een aantal van de belangrijkste en meest opvallende uitspraken per rechtsgebied.

Straf - Taakstraf voor bedreiging van politiecommissaris

3 maart - Een 26-jarige man is veroordeeld tot 120 uur taakstraf omdat hij op 14 december 2019 in Amsterdam-Centrum een politiecommissaris bedreigde met zware mishandeling. Hij gaf vanuit zijn stilstaande taxi veel gaf en reed op de politiecommissaris af die dichtbij stond. Die wilde de taxi controleren en had zich meermaals bekendgemaakt als politie omdat hij vermoedde dat vanuit de taxi een drugstransactie had plaatsgevonden. De man wilde zich kennelijk aan de controle onttrekken en reed op hem in. Het oriëntatiepunt voor dit feit is 4 maanden gevangenisstraf. Vanwege overschrijding van de redelijke termijn en omdat de man zich tijdens het reclasseringstoezicht van de afgelopen jaren goed heeft ontwikkeld, acht de rechtbank 120 uur taakstraf passend.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2022:932

Straf - Gevangenisstraf voor bezit illegaal vuurwerk met anderen

3 maart - Een 20-jarige man is veroordeeld tot 10 maanden gevangenisstraf waarvan 3 maanden voorwaardelijk onder meer omdat hij op 17 november 2021 in Nieuw-Vennep samen met anderen een grote hoeveelheid illegaal vuurwerk in bezit had. Dat waren onder meer 7.200 bangers en 288 shells. Ook bezat hij een boksbeugel. In de straf weegt mee dat hij in 2021 al voor vuurwerkhandel is veroordeeld tot een voorwaardelijke straf waarvoor hij nog in een proeftijd liep. De voorwaardelijke straf moet hij nu ook in het geheel uitzitten. Om de kans op recidive te verkleinen neemt de rechtbank het reclasseringsadvies over. Dat houdt in dat hij moet meewerken aan onderzoek door een forensische ggz-instelling en de eventuele behandeling die daaruit voortvloeit.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2022:887

Straf - Celstraf voor steekpartij en openlijk geweld in Zuidoost

4 maart - Een 21-jarige man is veroordeeld tot 4 jaar gevangenisstraf waarvan 1 jaar voorwaardelijk onder meer voor poging tot moord in vereniging en openlijk geweld in vereniging op 13 april 2021 in Amsterdam-Zuidoost.  Hij had een conflict met het slachtoffer. Het slachtoffer is getrapt en meermaals gestoken, onder meer in zijn borst en zijn rug. In november 2021 mishandelde de 21-jarige man bovendien een taxichauffeur. In de straf weegt in zijn nadeel mee dat hij geen verantwoordelijkheid heeft genomen voor zijn daden. Uit de reclasseringsrapportage blijkt dat hij moeite heeft zijn agressie te reguleren. De rechtbank legt daarom de bijzondere voorwaarden op die de reclassering adviseerde. Zo moet hij meewerken aan behandeling van agressieregulatie en mag geen contact hebben met het slachtoffer van de steekpartij.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2022:986

Kanton - Advocaat-stagiair weg bij kantoor om vertrouwensbreuk

21 februari - De arbeidsovereenkomst van een advocaat-stagiair bij een Amsterdams advocatenkantoor mag  per 1 april 2022 worden ontbonden vanwege een verstoorde arbeidsrelatie. Dat heeft de kantonrechter bepaald. Ondanks herhaalde pogingen is het namelijk mislukt het onderling vertrouwen te herstellen nadat zijn patroon (opleider) de advocaat-stagiair tamelijk onverhoeds had aangesproken op zijn functioneren. Ook weegt mee dat de Amsterdamse Raad van de orde van advocaten heeft goedgekeurd dat de stage eindigt. De situatie escaleerde toen de advocaat-stagiair verzocht een huiswerkopdracht onder werktijd af te maken, vlak voor de deadline en zijn ziekmelding een dag later, toen hij Whatsappberichten verstuurde die zijn patroon als dreigend ervaarde. De advocaat-stagiair eist ook een billijke vergoeding. Omdat de patroon echter niet ernstig verwijtbaar handelde en de advocaat-stagiair flink bijdroeg aan de escalatie wijst de kantonrechter die vergoeding af.  

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2022:830

Kanton - Looneis afgewezen: verwerkt in vaststellingsovereenkomst

22 februari - Een man die door zijn werkgever werd ingezet als passagiersassistent op Schiphol en daar altijd een kwartier van tevoren aanwezig moest zijn terwijl hij daar niet voor betaald kreeg, kan voor al die kwartiertjes nu geen looneis meer instellen. Dat heeft de kantonrechter bepaald. De werknemer had namelijk met zijn werkgever een beëindigingsovereenkomst gesloten waarin zij finale kwijting waren overeengekomen, wat betekent dat zij na het einde van de arbeidsovereenkomst niets meer van elkaar te vorderen hebben. De kwestie van het eerder aanwezig moeten zijn valt volgens de kantonrechter ook onder die afspraak. Over de beëindigingsovereenkomst is immers onderhandeld, waarbij de man werd bijgestaan door een arbeidsrechtjurist, en de kwestie van de arbeidsomvang is toen uitdrukkelijk aan de orde gekomen, terwijl toen ook al bekend was dat de man eerder aanwezig moest zijn. Hij kan daar dan nu niet meer op terugkomen.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2022:853

Civiel - Opzegging zakelijk krediet om strategiewijziging bank mag

2 maart - ABN Amro mag haar zakelijke kredietovereenkomst met een ondernemer opzeggen, zo oordeelt de voorzieningenrechter. De bank schond haar zorgplicht namelijk niet omdat zij alternatieven bood en een ruime termijn waarbinnen de ondernemer kon kiezen. Vanwege een strategiewijziging waarbij ABN Amro wenst over te gaan op overzichtelijke online dienstverlening heeft de bank besloten te stoppen met het bankproduct OndernemersKrediet. In dat kader stuurde de bank haar klanten met dat krediet een opzeggingsbrief, waarin zij drie mogelijkheden bood om het krediet op korte of langere termijn te beëindigen. Van bedrog of ongelijke behandeling daarbij is geen sprake. Door geen inzicht te geven in zijn financiële situatie heeft de ondernemer niet duidelijk weten te maken dat de opzegging van het krediet onaanvaardbare gevolgen zal hebben voor zijn onderneming.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2022:954

​Civiel - Aangifte tegen Amsterdamse fiscalist mocht

2 maart - De gemeente Amsterdam handelde niet onrechtmatig door aangifte te doen tegen een Amsterdamse fiscalist. Dat heeft de civiele rechter geoordeeld. De fiscalist werd in 2019 naar aanleiding van de aangifte tot twee maanden gevangenisstraf veroordeeld voor valsheid in geschrifte, omdat hij bij het invullen van een gemeentelijk Bibob-formulier niet had vermeld dat zijn opdrachtgevers, allen uit dezelfde Spaanse familie, wegens belastingontduiking voor tientallen miljoenen euro’s met het Openbaar Ministerie hadden geschikt om strafrechtelijke vervolging te voorkomen. Volgens de fiscalist was het formulier onduidelijk en was het niet zijn bedoeling om valsheid in geschrifte te plegen. De gemeente had het doen van aangifte zorgvuldiger moeten afwegen, ook omdat hij door de veroordeling niet langer partner en bestuurder van een Amsterdams belastingadvieskantoor kon blijven. De rechtbank gaat hier niet in mee, en oordeelt dat een aangifte in principe niet onrechtmatig is als die tot een veroordeling leidt. Dat was hier het geval.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2022:957

Civiel - DPG niet verplicht nieuwe overeenkomst te sluiten met Blendle

3 maart - Uitgever DPG hoeft geen nieuwe licentieovereenkomst aan te gaan met de digitale nieuwskiosk Blendle. Dat heeft de voorzieningenrechter bepaald. Blendle heeft sinds 2014 een licentieovereenkomst met DPG, voor publicatie van artikelen uit DPG-dagbladen. De laatste overeenkomst die DPG en Blendle sloten liep echter af op 31 december 2021. DPG verlengde de overeenkomst tot 1 april 2022 om de kortgedingprocedure af te wachten. De voorzieningenrechter oordeelt dat DPG niet kan worden verplicht een nieuwe overeenkomst aan te gaan. Blendle verkocht in eerste instantie losse artikelen voor kleine bedragen, maar stapte in 2019 over op een abonnementsmodel. DPG maakte vanaf toen duidelijk dat dat Blendles abonnementsmodel voor DPG te weinig voordeel of zelfs directe concurrentie opleverde. Blendle mocht er dan ook niet van uitgaan dat DPG na 31 december 2021 een nieuwe licentieovereenkomst.

Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2022:971

Uitspraken