De voorzieningenrechter oordeelt dat deze spoedprocedure zich niet leent voor beantwoording van de vraag of de huidige normen niet hoeven te worden gehandhaafd, omdat de nieuwe normen al worden toegepast. Die vraag moet in een bodemprocedure worden beantwoord. De voorzieningenrechter is echter van oordeel dat dan in ieder geval vast moet staan dat die regels van het nieuwe stelsel wel worden nageleefd. En dat laatste is in dit geval niet duidelijk.
Volgens de ‘vierde baanregel’ van het NNHS mogen namelijk per dag maximaal 80 vliegtuigen op de vierde baan landen of vertrekken. In 2017 werd die limiet op 76 dagen overschreden. Op 64 dagen was er een goede reden voor die overschrijding, maar voor de resterende 12 dagen heeft de ILT geen concrete verklaring. De ILT zal hier nader onderzoek naar moeten doen. Wanneer daarover geen duidelijkheid komt, is er – ook volgens de ILT zelf – geen ruimte om af te zien van maatregelen voor 2018, zo oordeelt de rechter.