Cleveringa heeft zelf in zijn gedenkschriften aangegeven waar hij de moed vandaan haalde om te doen wat hij heeft gedaan en noemt dan vier motieven: ambtsplicht, morele plicht, persoonlijke erkentenis jegens zijn vriend en promotor Meijers, die als Joodse hoogleraar werd ontslagen en vervolgd en tot slot het morele goede voorbeeld geven aan zijn studenten.
Het boek van Schuyt kan ons op de zoektocht naar moedig juridisch vakmanschap bijgelicht door de vlam der gerechtigheid inspireren. Dat was ook de zoektocht van Cleveringa.