In deze zaak eiste de gemeente ongeveer 1,8 miljoen euro aan persoonsgebonden budgetten (pgb-gelden) terug van de Rigtergroep en haar bestuurders, die zorg biedt aan cliënten met een verstandelijke beperking, psychiatrische problematiek of psychosociale problemen.
In een eerder vonnis van 22 augustus 2018 besloot de rechtbank dat het grootste deel van de claim niet behandeld kan worden omdat 1 van de 2 vennootschappen, Rigter B.V., tijdens de procedure failliet werd verklaard. Het gaat nu alleen om de zorggelden die aan de andere vennootschap, R2 B.V., zijn uitbetaald. De rechtbank vond die vordering nog niet goed onderbouwd en de rechtbank gaf de gemeente de gelegenheid om in 4 concrete gevallen op dossierniveau verder toe te lichten wat precies is betaald en welk gedeelte daarvan ten onrechte is betaald. Dat heeft de gemeente nu gedaan.