De 2 voormalige medewerkers verkochten vanaf januari 2018 - in een periode van 1 jaar - een grote hoeveelheid defensiegoederen aan 2 handelaren. Zij staken de opbrengsten van de verkoop in eigen zak. Hiermee zijn zij schuldig aan verduistering. Daarbij zijn zij schuldig aan oplichting. De mannen lieten namelijk het ministerie van Defensie bijna 2.500 euro betalen aan verhuiskosten van verduisterde roldeurkasten. De rolverdeling was zo dat de 56-jarige medewerker de bestellingen verwerkte, terwijl de 58-jarige man contacten legde en onderhield met de 2 handelaren.

De 32-jarige man uit Apeldoorn vervoerde de defensiegoederen naar de handelaren. Hij verklaarde dat hij werkopdrachten kreeg en dat hij deze te goeder trouw uitvoerde. Hij kreeg hier geen geld voor. Zijn ex-collega’s verklaarden wisselend over zijn rol. De rechtbank is – met de officier van justitie en de raadsman – van oordeel dat niet bewezen kan worden dat de man wist dat hij defensiegoederen vervoerde naar een particulier, terwijl hier geen toestemming voor was gegeven vanuit Defensie. Ander overtuigend bewijs voor betrokkenheid staat niet in het dossier. De rechtbank spreekt de man daarom vrij.

De 2 handelaren konden volgens de rechtbank weten dat er iets mis was met de defensiegoederen die zij kochten. Zo ontvingen zij geen aankoopbewijzen. Dat is opvallend omdat Defensie een overheidsorganisatie is. Daarnaast waren er andere omstandigheden die de handelaren verdacht hadden moeten vinden. Zij ontvingen bijvoorbeeld nieuwe goederen die nog in de verpakking zaten met daarop een sticker van een grote leverancier van huishoudelijke apparatuur.

De 56-jarige man die de bestellingen verwerkte moet een werkstraf verrichten van 180 uur, daarbij moet de man bijna 8.000 euro terugbetalen aan de Staat. De 58-jarige man krijgt een werkstraf van 240 uur, daarbij moet de man bijna 8.500 euro terugbetalen aan de Staat. De straffen verschillen, omdat de rechtbank vindt dat de medewerker die direct contact had en onderhield met de 2 handelaren, een grotere rol had in de samenwerking.

De 59-jarige handelaar moet een werkstraf verrichten van 60 uur. De 66-jarige handelaar wordt door de rechtbank veroordeeld tot een werkstraf van 180 uur, waarvan 60 uur voorwaardelijk, daarbij moet hij ruim 8.200 euro terugbetalen aan de Staat. De straffen verschillen, omdat de ene handelaar eenmalig een partij roldeurkasten kocht. Terwijl de andere handelaar het hele jaar meerdere keren verschillende hoeveelheden goederen kocht.