Laden...

Drie derdelanders uit Oekraïne houden recht op verblijf

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Noord-Holland > Nieuws > Drie derdelanders uit Oekraïne houden recht op verblijf
Haarlem, 27 maart 2024

De rechtbank Noord-Holland heeft geoordeeld dat drie derdelanders uit Oekraïne recht op verblijf houden in Nederland tot 4 maart 2025. Naar het oordeel van de rechtbank is de tijdelijke bescherming voor deze drie derdelanders, die een tijdelijke verblijfsvergunning hadden in Oekraïne en die zich vóór 19 juli 2022 in Nederland hebben geregistreerd, niet geëindigd op 4 maart 2024. De rechtbank komt hiermee tot een ander oordeel dan de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State eerder.

Tijdelijke bescherming

De Raad van de Europese Unie heeft in 2022 besloten om tijdelijke bescherming te bieden aan verschillende groepen mensen die uit Oekraïne zijn gevlucht. De Nederlandse regering heeft zelf besloten die bescherming ook te bieden aan derdelanders met een tijdelijke verblijfsvergunning in Oekraïne. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft op 18 juli 2022 aan de Tweede Kamer bericht dat vanaf 19 juli 2022 deze derdelanders geen beroep meer kunnen doen op de tijdelijke bescherming. Op 19 oktober 2023 heeft de Raad van de Europese Unie besloten om de tijdelijke bescherming voor mensen uit Oekraïne te verlengen tot en met 4 maart 2025.

Uitspraak Raad van State

In eerste instantie wilde de staatssecretaris de bescherming van deze derdelanders beëindigen op 4 september 2023. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in een uitspraak van 17 januari 2024 geoordeeld dat de staatssecretaris de bescherming niet op 4 september 2023 mocht beëindigen. De Raad van State oordeelde echter wel dat de tijdelijke bescherming van deze derdelanders eindigt op 4 maart 2024.

Het oordeel van de rechtbank

De rechtbank komt nu tot een ander oordeel dan de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De rechtbank is van oordeel dat de tijdelijke bescherming ook voor derdelanders is verlengd tot 4 maart 2025. De rechtbank leidt dat af uit het besluit van de Raad van de Europese Unie om de tijdelijke bescherming voor mensen uit Oekraïne te verlengen. Er wordt daarin geen onderscheid gemaakt tussen de verschillende groepen ontheemden uit Oekraïne. De staatssecretaris heeft ervoor gekozen om derdelanders met een tijdelijke verblijfsvergunning in Oekraïne die na 19 juli 2022 in Nederland zijn ingeschreven geen tijdelijke bescherming meer te verlenen. Maar de rechtbank oordeelt dat de derdelanders die al vóór 19 juli 2022 in Nederland waren ingeschreven toen het besluit tot verlenging van de tijdelijke bescherming werd genomen, tot 4 maart 2025 recht blijven houden op de tijdelijke bescherming.

Wat betekent dit

De rechtbank behandelde de zaken van een Pakistaanse, een Indiase en een Ghanese man die een tijdelijke verblijfsvergunning hadden in Oekraïne. Zij hebben van de IND een besluit gekregen dat hun tijdelijke bescherming in Nederland op 4 maart 2024 eindigt en dat zij Nederland binnen vier weken moeten verlaten. De rechtbank vernietigt deze besluiten omdat ze niet juist zijn. De rechtbank is van oordeel dat zij recht hebben op verblijf in Nederland tot 4 maart 2025. Zij hoeven Nederland dus niet te verlaten.

Uitspraken