Bij het bepalen van de straf houdt de rechtbank er rekening mee dat landelijk grote onrust is veroorzaakt door de verdachte, doordat hij het meisje uit Berghem 5 dagen in zijn woning heeft gehouden zonder contact te zoeken met de politie, haar ouders of andere instanties die hulp hadden kunnen bieden. Hij koos ervoor de informatie dat het meisje bij hem verbleef niet te delen met anderen, ondanks dat hij wist dat zij als vermist was opgegeven en er landelijk naar haar werd gezocht. Met name de familie van het meisje maakte zich grote zorgen.
Ook weegt mee dat hij zijn twee slachtoffers veel pijn en verdriet heeft aangedaan. De families van beide meisjes hebben eveneens veel last van dit leed. Het gaat om kwetsbare, minderjarige meisjes en de verdachte wist of had in ieder geval moeten begrijpen dat zijn handelen schadelijk zou zijn voor de jonge meisjes. Daar komt nog bij dat - ondanks dat het verblijf van het meisje uit Berghem bij de verdachte vrijwillig was - hij op allerlei manieren ontuchtige handelingen met haar heeft gepleegd. Dit alles rekent de rechtbank de verdachte zwaar aan.
Al met al vindt de rechtbank een celstraf van 3 jaar, waarvan de helft voorwaardelijk, op zijn plaats. De rechtbank legt een deels voorwaardelijke celstraf op om de verdachte ervan te weerhouden opnieuw de fout in te gaan. Daarnaast koppelt de rechtbank aan die voorwaardelijke straf een aantal bijzondere voorwaarden. Zo krijgt hij een meldplicht bij de reclassering, moet hij zich tijdens zijn 3 jaar durende proeftijd laten behandelen bij een zorginstelling, mag hij op geen enkele wijze contact zoeken met minderjarigen en mag hij geen contact opnemen met de twee slachtoffers.