Bij het bepalen van de straf weegt de rechtbank mee dat de verdachte een ernstige inbreuk maakte op de lichamelijke integriteit van het slachtoffer. Het was voor haar een zeer traumatische ervaring waarvoor zij nog altijd therapie volgt. De verdachte hield totaal geen rekening met de gevoelens van het slachtoffer en was uitsluitend gericht op de bevrediging van zijn seksuele behoeften. Dit rekent de rechtbank hem zwaar aan. Daarnaast is hij eerder voor geweldsdelicten veroordeeld.
Volgens een psycholoog is er bij de verdachte sprake van een cocaïneverslaving en een persoonlijkheidsstoornis met antisociale en narcistische trekken. Hoewel de rechtbank – anders dan de officier van justitie – de verdachte als verminderd toerekeningsvatbaar beschouwt, legt zij dezelfde straf op als de officier van justitie eiste. De rechtbank vindt een celstraf van 36 maanden passend. Aan het voorwaardelijke deel van de celstraf koppelt de rechtbank een aantal bijzondere voorwaarden. Zo moet de verdachte zich klinisch laten behandelen, krijgt hij een drugsverbod en mag hij 3 jaar geen contact zoeken met het slachtoffer. Daarnaast moet hij haar een schadevergoeding betalen van 5.373,93 euro.