De man sloot vorig jaar in maart 2 medewerkers van de GGZ Oss en zichzelf op in hun kantoor en barricadeerde de uitgang. Hij zei tegen de medewerkers dat er sprake was van een gijzeling en gaf een van hen opdracht de politie te bellen. Toen korte tijd later de politie ter plaatse kwam, liet de verdachte de agenten binnen en konden de medewerkers worden bevrijd.
De rechtbank houdt er bij het bepalen van de straf rekening mee dat de verdachte een ontoelaatbare inbreuk heeft gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van beide medewerkers. Anderzijds weegt de rechtbank ook mee dat de man geen geweld heeft gebruikt tegen de medewerkers en de vrijheidsberoving van relatief korte duur was. Er is niet gebleken dat hij de medewerkers iets wilde aandoen. Met deze schreeuw om aandacht heeft de man slechts willen bereiken dat hij door de politie zou worden aangehouden. De rechtbank legt een deel van de celstraf voorwaardelijk op en koppelt aan die voorwaardelijke straf een aantal bijzondere voorwaarden. Zo moet de man zich laten opnemen in een gesloten instelling en moet hij aansluitend begeleid gaan wonen en zich poliklinisch laten behandelen.