Laden...

Celstraffen voor vechtpartij Vestdijk Eindhoven

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Oost-Brabant > Nieuws > Celstraffen voor vechtpartij Vestdijk Eindhoven
's-Hertogenbosch, 28 augustus 2013

De rechtbank Oost-Brabant heeft zojuist twee mannen uit Turnhout en Vosselaar (België) veroordeeld voor een poging tot doodslag op een man aan de Vestdijk in Eindhoven. De rechtbank legde een (nu) 18-jarige man tien maanden jeugddetentie op waarvan vier maanden voorwaardelijk. Een 17-jarige verdachte kreeg zes maanden jeugddetentie, waarvan de helft voorwaardelijk. Een 19-jarige man uit Ravels moet twee maanden de cel in voor het plegen van openlijk geweld. De rechtbank spreekt een vierde verdachte, een 16-jarige jongen uit Turnhout, vrij.

De vechtpartij

De vier verdachten waren op 4 januari jl. een avond stappen in het centrum van Eindhoven. De (nu) 18-jarige man vernielde enkele fietsen en werd daarop aangesproken door een voorbijganger uit Oirschot. Vervolgens ontstond er een vechtpartij waarbij de 17-jarige verdachte de voorbijganger tegen de grond duwde. Toen de Oirschottenaar opstond, gaf de 19-jarige man hem twee klappen tegen het hoofd waarna het slachtoffer weer viel. Toen hij weer overeind krabbelde schopten de 17-en (nu) 18-jarige meerdere keren tegen zijn been, rug of achterhoofd. De 17-jarige verdachte maakte ook een trappende beweging. De (nu) 18-jarige man schopte de man daarna nogmaals met kracht tegen het hoofd, ook toen het slachtoffer op de grond lag en niet meer bewoog. Alle mannen renden vervolgens weg en lieten het slachtoffer bewusteloos op straat achter. De vechtpartij is vastgelegd door beveiligingscamera’s.

Veroordelingen

De rechtbank stelt vast dat er een explosie van geweld is geweest. Het slachtoffer is meerdere keren met kracht tegen zijn hoofd geschopt, zelfs toen hij op de grond lag. Hij kon zich op een gegeven moment niet meer verweren en raakte buiten bewustzijn. De 17- en (nu) 18-jarige namen actief en bewust deel aan de vechtpartij en door hun gewelddadige handelingen had het slachtoffer kunnen overlijden. Daarom veroordeelt de rechtbank hen voor poging tot doodslag.
Volgens de rechtbank is de 19-jarige man schuldig aan het plegen van openlijk geweld tijdens de vechtpartij omdat hij het slachtoffer twee keer tegen het hoofd sloeg.
De 16-jarige verdachte stond tijdens de vechtpartij weliswaar dicht bij het slachtoffer en was onrustig, maar gebruikte zelf geen geweld en heeft de andere verdachten ook niet aangemoedigd. Daarom spreekt de rechtbank hem vrij.

De straffen

De rechtbank heeft er bij het bepalen van de straf rekening mee gehouden dat er buitensporig geweld is gebruikt nadat het slachtoffer de (nu) 18-jarige man aansprak op zijn gedrag. De mannen hebben zich totaal niet om het slachtoffer bekommerd en hem hulpeloos en bewusteloos achtergelaten. Dat het letsel van het slachtoffer relatief beperkt is gebleven, is ondanks en niet dankzij hun handelen.
Het slachtoffer is -zoals hij ook tijdens de zitting heeft verklaard- pas later met de beelden van de vechtpartij geconfronteerd en is er enorm van geschrokken. De impact op hem en zijn naasten is groot geweest en is dat nog steeds.
Bij de strafbepaling weegt ook mee dat groepsgeweld op straat zorgt voor gevoelens van onveiligheid in de samenleving. Het maakt mensen angstig anderen aan te spreken.

Strafvermindering

De rechtbank houdt er rekening mee dat de verdachten de ernst van hun handelen inzien, ze tijdens de zitting aan het slachtoffer hun spijt hebben betuigd en ze niet eerder voor strafbare feiten zijn veroordeeld. Daarnaast concluderen deskundigen dat de kans op herhaling bij de 17- en 18-jarige laag is. Bij de strafbepaling heeft de rechtbank ook gekeken naar wat in soortgelijke zaken aan minderjarigen wordt opgelegd.

De rechtbank legt een lagere straf op dan de officier van justitie heeft geëist wegens de gevolgen van de buitengewoon grote media-aandacht. De beveiligingsbeelden van de vechtpartij zijn uitgezonden bij Bureau Brabant. De verdachten staan goed herkenbaar op de beelden en die beelden zijn ook nu nog op internet te zien. De namen en contactgegevens van de verdachten stonden op internet waardoor de verdachten door diverse mensen benaderd en achtervolgd zijn.
Volgens de officier van justitie is de grote belangstelling op het internet en in de media het directe gevolg van het buitenproportionele geweld tijdens de vechtpartij. De advocaten van de verdachten menen dat het openbaar ministerie bij de keuze om de beelden uit te zenden onvoldoende rekening heeft gehouden met de jonge leeftijd van de verdachten. De verdediging stelt dat de verdachten al zeer zwaar zijn gestraft door de enorme mediabelangstelling. De verdachten verwachten dat dit ook in de toekomst voor hen verstrekkende gevolgen zal hebben.

Het staat volgens de rechtbank buiten kijf dat het gaat om een zeer ernstig feit waarbij het belang om de daders op te sporen zwaar weegt. Daartegenover staat dat het uitzenden van de beelden gevolgen heeft voor de verdachten en ook voor het slachtoffer. Het dossier bevat geen informatie waaruit blijkt dat de officier van justitie de belangen van de verdachten en het slachtoffer heeft meegewogen bij de keus om de beelden te laten uitzenden. Ook kan de rechtbank niet uit het dossier opmaken dat het openbaar ministerie via minder ingrijpende middelen heeft geprobeerd de identiteit van de verdachten te achterhalen, bijvoorbeeld met foto’s van de camerabeelden (stills) of door de gezichten van de mannen onherkenbaar te maken.

Uitspraken