Laden...

Man krijgt 6 jaar cel voor moord op moeder

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Oost-Brabant > Nieuws > Man krijgt 6 jaar cel voor moord op moeder
's-Hertogenbosch, 12 november 2015

De rechtbank Oost-Brabant veroordeelt een 42-jarige man uit Waalre tot een gevangenisstraf van 6 jaar. De man doodde zijn moeder en legde haar vervolgens in een vrieskist.

De politie ging na een melding op 7 augustus vorig jaar de woning van de vrouw in Aalst binnen en trof daar de verdachte aan, die vertelde dat hij zijn moeder om het leven had gebracht en dat ze in een koelkast in de kamer ernaast lag. Verdachte heeft later aangegeven dat hij zijn moeder op 30 juli 2014 om het leven had gebracht door kussenslopen en vuilniszakken over haar hoofd te trekken en die met een touw aan te trekken. Ook sloeg hij haar met een pan op haar hoofd. Toen hij er zeker van was dat ze dood was, legde de man zijn moeder in een vrieskist. In een andere vrieskist lagen twee honden die hij had gedood.

Moord

Volgens de man had hij zijn moeder niet vermoord, maar was er sprake van ‘levensbeëindiging op verzoek’. De vrouw zou naar zijn zeggen een einde aan haar leven hebben willen maken en zou haar zoon gevraagd hebben daarbij te helpen. Ook zouden ze hebben gesproken over de manier waarop zij uit het leven zou kunnen stappen. De rechtbank acht het aannemelijk dat er in de beleving van de man sprake was van een doodswens bij zijn moeder en dat hij op haar verzoek uitvoering heeft gegeven aan die wens. Voor ‘levensbeëindiging op verzoek’ zoals bedoeld door de wetgever, is dit echter niet voldoende. Behalve de man, was namelijk niemand op de hoogte van de doodswens van de vrouw. Daarbij komt onder meer dat de wijze waarop zij om het leven kwam, niet in overeenstemming is met de methoden die zij met haar zoon besprak. Daarom acht de rechtbank het alternatief ten laste gelegde ‘levensbeëindiging op verzoek’ niet bewezen en acht zij de man schuldig aan moord.

 
De rechtbank rekent het de man zwaar aan dat hij zijn moeders recht op leven heeft ontnomen. Weliswaar leek zij -met name door haar fysieke beperkingen en handicaps door een herseninfarct- nog weinig waarde aan het leven te hechten, maar er had verbetering in haar situatie kunnen komen. Hierdoor had zij mogelijk weer levensvreugde kunnen vinden. De man heeft haar die mogelijkheid ontnomen door haar om het leven te brengen in plaats van hulp te zoeken om haar uit de neerwaartse spiraal in het leven te halen.

Uitzonderlijke factoren

De officier van justitie eiste een celstraf van 8 jaar. De rechtbank komt tot een lagere straf vanwege een aantal strafmatigende omstandigheden. De man handelde vanuit zijn oprechte veronderstelling dat bij zijn moeder sprake was van een weloverwogen en duurzame wil om haar leven te beëindigen. Zij deed een dringend beroep op hem om haar daarbij te helpen. Ook beschouwt de rechtbank de man als verminderd toerekeningsvatbaar omdat een psycholoog en psychiater vaststelden dat hij een ernstige persoonlijkheidsstoornis heeft.

De rechtbank houdt verder rekening met de zeer uitzonderlijke factoren in deze zaak die blijken uit het rapport van de psycholoog. De man en zijn moeder waren afhankelijk van elkaar en hebben jarenlang een samenlevingsvorm gehad waarin de rest van de wereld was buitengesloten. Dit evenwicht werd verstoord door de beroerte van de vrouw in december 2013. De context veranderde door haar verblijf in een ziekenhuis en aansluitend verpleeghuis en door haar handicaps, gebreken en afhankelijkheid. In die context deed zijn moeder een beroep op hem om te helpen een eind aan haar leven te maken. Vanwege zijn persoonlijkheidsstoornis durfde, kon en wilde hij hierbij geen anderen betrekken. De verdachte wilde zijn moeder bij de inwilliging van haar (doods)wens ter wille zijn en heeft bij zijn handelen dat motief voor ogen gehad. Hij heeft zichzelf daarbij totaal weggecijferd en de consequenties die dit handelen voor hem zelf zou hebben, op de koop toegenomen. Na twee weken beraad koos hij er in overleg met zijn moeder voor haar wens uit te voeren. Het directe appel van zijn moeder in de bewuste nacht (‘Je moet nu iets doen’) bracht de man uiteindelijk tot handelen.

Uitspraken