De verdachte maakte zich schuldig aan een brute en onomkeerbare daad waarmee hij het slachtoffers leven ontnam. Hij bracht hiermee de familieleden van het slachtoffer enorm en onherstelbaar leed toe. Ook op de cafébezoekers, vrienden van de verdachte en de personeelsleden van het café maakte de dood van het slachtoffer diepe indruk. Zij waren ongewild getuige van het fatale geweld.
Voor doodslag geldt als referentiekader een celstraf van tussen de 8 en 10 jaar. De rechtbank gaat in dit geval uit van de ondergrens van dit kader. De verdachte belde namelijk zelf het alarmnummer en vertelde aan de politie dat hij iemand met een kruk had geslagen om zichzelf te verdedigen. Ook daarna verleende hij telkens zijn medewerking aan het onderzoek. Daarnaast kwam de verdachte niet eerder in aanraking met politie en justitie en staat hij te boek als een persoon die niet eerder voor ellende zorgde in het dagelijks leven of het uitgaansleven. De rechtbank beschouwt de kans op herhaling dan ook als bijzonder klein en ziet het delict als een eenmalig vergrijp met verstrekkende gevolgen. Die gevolgen zal de verdachte zijn verdere leven moeten dragen.
Naast een celstraf van 8 jaar moet de verdachte de nabestaanden een schadevergoeding betalen van in totaal ruim 5.000 euro voor onder meer de uitvaart.