Bij het bepalen van de straf houdt de rechtbank er rekening mee dat de verdachten grote inbreuk maakten op de persoonlijke levenssfeer en bewegingsvrijheid van de vrouw. De man uit Alkmaar schaadde de lichamelijke integriteit van de vrouw op grove wijze. Daardoor ondervond de vrouw veel leed. Uit het politiedossier blijkt dat de vrouw een aantal dagen na het delict een zelfmoordpoging deed. Hoewel niet is vast te stellen welk verband er bestaat tussen het delict en die poging tot zelfdoding, vindt de rechtbank het aannemelijk dat het delict daaraan in ieder geval in enige mate heeft bijgedragen. In het nadeel van de man uit Alkmaar weegt bovendien mee dat hij in 2011 is veroordeeld tot een celstraf van 6 jaar voor een geweldsdelict en het bezit van en de handel in (vuur)wapens en munitie.
De man uit Son en Breugel krijgt een lagere straf dan de hoofdverdachte omdat hij niet verantwoordelijk wordt gehouden voor de verkrachting. Ook is niet komen vast te staan dat hij wist wat de medeverdachte het slachtoffer uiteindelijk zou aandoen in de woning. Daarnaast was zijn rol in de ontvoering kleiner dan die van de medeverdachte. De hoofdverdachte nam namelijk het initiatief om de vrouw in de auto te duwen en haar mee te nemen.