De rechtbank spreekt ook de derde verdachte vrij van betrokkenheid bij de drugszaken. De officier van justitie stelt dat deze man in oktober 2015 met zijn taxi drugs heeft afgeleverd in een loods in Best. Van daaruit werden de drugs met een vrachtwagen naar Engeland gebracht. De man ontkende dat hij toen in Best is geweest. Volgens de rechtbank ontbreekt het bewijs dat de verdachte degene was die de taxi bestuurde waarmee verdovende middelen naar de loods in Best werden gebracht.
De rechtbank weegt bij het bepalen van de straf van de 51-jarige verdachte mee dat hij betrokken was bij drugszaken, terwijl middelen als cocaïne en amfetamine schade kunnen toebrengen aan de gezondheid van de gebruikers daarvan. Bovendien bekostigen gebruikers hun drugs vaak door diefstal of ander crimineel gedrag, waardoor schade en overlast wordt toegebracht aan anderen. Ook de hennephandel waarin de man zich begaf, gaat regelmatig gepaard met andere zware vormen van criminaliteit. Hij trok zich hiervan niets aan en handelde enkel uit winstbejag. In het geval van de oudste verdachte weegt mee dat hij verboden wapens in bezit had. Dit ongecontroleerde bezit verhoogt het risico op een levensbedreigend geweldsdelict en daarom moet daar volgens de rechtbank streng tegen worden opgetreden.