De rechtbank weegt bij het bepalen van de straf mee dat de verdachte kennelijk vaker "losse handjes" heeft in een relatie. Uit zijn strafblad blijkt immers dat hij eerder voor het mishandelen van een andere vriendin werd veroordeeld tot een voorwaardelijke celstraf. De rechtbank neemt het hem in het bijzonder kwalijk dat hij het huidige delict beging tijdens de proeftijd van die eerdere veroordeling. Deze veroordeling heeft hem er kennelijk niet van weten te weerhouden om zich opnieuw schuldig te maken aan een soortgelijk strafbaar feit. De rechtbank houdt er verder rekening mee dat de verdachte ná het plegen van dit delict onder meer is veroordeeld tot een onvoorwaardelijke celstraf en terbeschikkingstelling met dwangverpleging.
Voor een mishandeling bestaande uit een enkele klap wordt door de strafrechter gewoonlijk als oriëntatiepunt een geldboete van 500 euro gehanteerd. De rechtbank vindt dit echter geen passende straf en legt een gevangenisstraf op. De rechtbank laat het wel bij een geheel voorwaardelijke celstraf, omdat de verdachte inmiddels een intensieve behandeling ondergaat voor zijn problematiek in een tbs-kliniek. Het lijkt erop dat deze behandeling lang zal duren. De verdachte, maar ook de maatschappij is er niet bij gebaat dat die behandeling wordt onderbroken voor een onvoorwaardelijke celstraf.