Ook het hof geeft de patiënt hierin gelijk en volgt dus het oordeel van de rechtbank. De vier onderdelen van de MoM-prothese horen bij elkaar en zijn juist geproduceerd om te worden samengevoegd om het gebroken of versleten heupgewricht (ook een kop en een kom) van de patiënt te vervangen. Het is onwenselijk dat dan de aansprakelijkheid van de producent stopt door het voltooien van de vervaltermijn van één onderdeel (de kop). Het hof kiest er dan ook voor om in deze specifieke situatie uit te gaan van de datum van het in het verkeer brengen van de kom, zodat de aansprakelijkheid van de producent voor zowel de kop en de kom samen in deze zaak pas is geëindigd op 8 augustus 2014.
De patiënt heeft dus de zaak op tijd bij de rechtbank aangekaart.
Het hof heeft de zaak vervolgens teruggestuurd naar de rechtbank om de zaak verder inhoudelijk (veroorzaakt de heupprothese bij deze patiënt schade aan zijn gezondheid?) te behandelen. Maar er is ook de mogelijkheid dat één van de partijen eerst naar de Hoge Raad wil voor een oordeel daarover.