Laden...

Geen schadevergoeding voor oud-medewerker WML

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksGerechtshof s-Hertogenbosch > Nieuws > Geen schadevergoeding voor oud-medewerker WML
's-Hertogenbosch, 28 april 2020

Het gerechtshof ’s-Hertogenbosch heeft in hoger beroep beslist dat een oud-medewerker van de Waterleiding Maatschappij Limburg (WML) geen recht heeft op een schadevergoeding. Vanwege een conflict over de verkoop van een pakket percelen, was de man ontslagen. Hij vond dat onterecht en vroeg daarom via de rechter om een schadevergoeding.

Verkoop percelen

De oud-medewerker, die bij WML in dienst was als rentmeester, verkocht in 2007 zonder voldoende overleg een pakket percelen van WML. Dit gebeurde voor een bedrag dat volgens het bedrijf veel te laag was. Daarom heeft WML zijn arbeidsovereenkomst in 2010 door de kantonrechter laten ontbinden en vervolgens een schadevergoeding van de rentmeester gevorderd. In 2018 heeft het hof in hoger beroep die vordering afgewezen, omdat er geen bewijs was geleverd dat de rentmeester aansprakelijk was voor de schade van WML. WML had niet kunnen aantonen dat de rentmeester had gehandeld met de opzet om WML schade te berokkenen of dat hij zich bewust was van het feit dat WML door de verkoop schade zou lijden.

Schadevergoeding

Als reactie op de vordering van zijn voormalige werkgever, heeft de rentmeester zelf ook een schadevergoeding en enkele andere zaken gevorderd van WML. Volgens de rentmeester hadden WML en haar directeur onrechtmatig tegenover hem gehandeld door hem niet voldoende gelegenheid tot verweer te geven en hem te ontslaan. Net als de rechtbank Limburg in 2014, komt ook het hof nu tot het oordeel dat zijn vorderingen niet toewijsbaar zijn.

Ontslag niet onrechtmatig

In 2010 heeft de kantonrechter de arbeidsovereenkomst tussen de rentmeester en WML ontbonden zonder hem een vergoeding toe te kennen. Onder het arbeidsrecht dat in die tijd gold, was het niet mogelijkheid om hoger beroep aan te tekenen tegen die beslissing. De uitspraak van de kantonrechter is dan ook onherroepelijk en daaruit volgt dat het ontslag rechtmatig was. Er zijn in de huidige procedure geen nieuwe feiten aangevoerd op grond waarvan de kantonrechter in 2010 anders zou hebben beslist ten aanzien van een ontslagvergoeding. Het hof komt tot het oordeel dat WML niet onrechtmatig heeft gehandeld tegenover de oud-werknemer, noch tijdens het onderzoek naar zijn handelen, noch door hem te ontslaan. WML hoeft dus geen schadevergoeding te betalen.

Uitspraken