Een huisarts moet zich iedere vijf jaar opnieuw laten registreren in het huisartsenregister. Die registratie geeft de bevoegdheid om de huisartsgeneeskunde over de volle breedte uit te oefenen. Een arts moet daarbij voldoen aan de voorwaarden uit het Besluit herregistratie specialisten en het Besluit huisartsgeneeskunde. Zo moet de arts 'in voldoende mate werkzaam zijn als huisarts', wat er in dit geval op neerkomt dat hij naast zijn werk als gevangenisarts minimaal acht uur per week als huisarts werkzaam is in een huisartsenpraktijk. De arts in deze zaak was dat niet, omdat hij tussen april 2011 en april 2016 uitsluitend werkzaam was als gevangenisarts. De regelgeving maakt een uitdrukkelijk onderscheid tussen de werkzaamheden van een huisarts en die van een gevangenisarts. De arts voldoet daarom niet aan de voorwaarden voor herregistratie, oordeelt de Afdeling bestuursrechtspraak.