Laden...

'Kinderen kunnen meer en beter betrokken worden in rechtszaken'

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRaad voor de rechtspraak > Nieuws > 'Kinderen kunnen meer en beter betrokken worden in rechtszaken'
Den Haag, 12 maart 2020
In plaats van dat er alleen óver kinderen beslist wordt tijdens rechtszaken, moeten zij beter betrokken worden en een grotere stem krijgen in wat er besloten wordt over hun toekomst. Dat is de uitkomst van ‘Kind in proces’, een onlangs verschenen onderzoek van het Wetenschappelijk Onderzoek & Documentatiecentrum (WODC). Voorzitter van de expertgroep Kinderrechters Ellen van Kalveen reageert op de uitkomst. ‘Uit het onderzoek blijkt dat het horen van kinderen goed gaat, maar dat zij nog meer kunnen deelnemen in rechtszaken. Het onderzoek pleit voor een grotere rol voor het kind, en wellicht ook al vanaf jongere leeftijd.’

Kindgesprek

Een video die kinderen te zien krijgen wanneer ze met de rechter te maken hebben. Om ze gerust te stellen.


Het uitgangspunt in processen waar kinderen in betrokken zijn is helder. Een minderjarige (<18) is niet bekwaam om zelfstandig als procespartij op te treden in civiele zaken, zoals zaken over omgang, ondertoezichtstelling en verhuizingen. Het kind wordt vertegenwoordigd door zijn wettelijk vertegenwoordigers: ouders met gezag of een voogd. Kinderen boven de 12 jaar worden nu in dat soort zaken uitgenodigd voor een kindgesprek met de rechter (zie animatie). Jongere kinderen worden nu bijna nooit uitgenodigd voor zo’n gesprek. Het WODC-rapport pleit daarom voor een verruiming van het hoorrecht voor kinderen in rechtszaken.

Horen vanaf 8 jaar

Van Kalveen onderkent het belang van het nog beter horen van - ook jongere - kinderen. ‘Kinderen kunnen zeker nog meer en beter betrokken worden bij rechtszaken. Het is voor kinderen heel belangrijk echt onderdeel te zijn van een zaak over hun toekomst, omdat het slecht is als er alleen óver hen wordt beslist. In het rapport staat aangegeven dat horen al vanaf 8 jaar niet alleen juridisch, maar ook pedagogisch verantwoord is. De verantwoordelijkheid van de uiteindelijke beslissing ligt uiteraard wel nog steeds bij rechter, niet bij het kind. En het kind mág participeren, maar dat hoeft natuurlijk niet.’

Verbeteringen en aanbeveling

Uit het onderzoek komt ook naar voren dat kinderen tevreden zijn over het gesprek met de rechter, maar dat het wel beter kan op een aantal punten. Onder andere de informatievoorziening vooraf, maar ook de manier waarop de uiteindelijke beslissing aan het kind wordt verteld. ‘Dat is iets waar ik 10 jaar geleden als rechter nog niet bij stilstond’, vertelt Van Kalveen. ‘Toen was de rol van het kind klaar als het kindgesprek was afgelopen. Nu bespreken we zo veel mogelijk met het kind hoe zij of hij op de hoogte wordt gebracht van de beslissing. Een ander advies uit het rapport is om het voor kinderen boven de 12 mogelijk te maken zelfstandig een zaak te beginnen over de contactregeling, bij een complexe echtscheiding bijvoorbeeld. Maar daar is een wetswijzing voor nodig. ’

Kind in proces

In het rapport ‘Kind in proces’ van het WODC is onderzoek gedaan naar het verbeteren van de procespositie en het hoorrecht van minderjarigen. Uit het onderzoek blijkt dat elke minderjarige in staat zou moeten worden gesteld om, direct of indirect, betrokken te worden in procedures. De laatste jaren hebben rechtbanken al diverse initiatieven op dit vlak ondernomen, waarbij onder andere is gekozen voor een lagere leeftijdsgrens om kinderen te horen (bijvoorbeeld bij de rechtbank Den Haag in kinderontvoeringszaken, of de rechtbank Amsterdam in een aantal familie-jeugdbeschermingszaken). Ook worden uitspraken soms al op het niveau van kinderen geschreven en zijn er kindvriendelijke gespreksruimtes ingericht.

Lees hier het volledige WODC rapport ‘Kind in Proces’
 

Uitspraken