Jeugdrechters worstelen met de vraag wat hun rol is in het huidige systeem en hoe zij onder deze omstandigheden recht kunnen doen aan ouders en kinderen. Omdat hulpverlening vaak lang op zich laat wachten, nemen jeugdrechters meer regie ten aanzien van de uitvoering van maatregelen. Bijvoorbeeld door uithuisplaatsing niet voor een jaar toe te wijzen maar voor een kortere periode of door in de beschikking aan te geven wat er in de tussenliggende tijd moet gebeuren. Jeugdrechters zouden meer met elkaar in gesprek moeten gaan over hun rol en taak in jeugdbeschermingszaken, luidt een van de aanbevelingen van de commissie.
Zij worden ook opgeroepen om in iedere zaak de relevante feiten actiever te onderzoeken. Dit betekent bijvoorbeeld dat waar nodig stukken worden opgevraagd ter onderbouwing van de feiten of dat een hulpverlener op zitting wordt uitgenodigd om informatie te geven over het hulpverleningstraject. Om ervoor te zorgen dat (pleeg)ouders zich gehoord voelen, is het van belang dat de jeugdrechter hen op de zitting de ruimte geeft om hun verhaal te vertellen en hun standpunt verwerkt in de motivering van de beslissing.