Naast urgente zaken zullen in het civiele recht de komende tijd zaken worden behandeld als geen overeenstemming kan worden bereikt over schriftelijk afdoen en de rechter oordeelt dat de mondelinge behandeling niet kan worden uitgesteld tot na 28 april. Denk hierbij aan kort gedingen, voorlopige voorzieningen, huurzaken, bezwaar- en beroepschriften in faillissementsbeslissingen, kantonrolzaken en Wwz-zaken waar het gaat om ontbinding, schorsing, vernietiging opzegging, loondoorbetaling of concurrentiebeding. Voor familierecht geldt dat bijvoorbeeld zaken over echtscheiding, gezag en omgang, beëindiging ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing de komende tijd doorgaan als de omstandigheden dat toelaten.
In het bestuursrecht worden onder meer zaken behandeld die te maken hebben met het coronavirus (of maatregelen daartegen), asielzaken, zaken over een machtiging tot verblijf of verblijfsbeëindiging waarbij ernstige openbare orde aspecten spelen. Dit alles met gebruikmaking van tele(hoor)voorzieningen en andere digitale mogelijkheden. In het strafrecht zullen meer (super)snelrechtzittingen met gedetineerden worden gehouden en andere zaken waarin een inhoudelijke behandeling via telehoren of bijvoorbeeld Skype mogelijk is.