1 november - Het onderscheid dat de Participatiewet maakt tussen jongeren (jonger dan 27) en niet-jongeren (vanaf 27) is geoorloofd. Dat heeft de rechtbank geoordeeld. De gemeente had de bijstandsuitkering van een 26-jarige alleenstaande moeder beëindigd omdat zij een verplichting niet was nagekomen. Als de vrouw 27 of ouder was geweest, zou haar uitkering slechts zijn verlaagd, in plaats van beëindigd. Volgens de vrouw is daarom sprake van ongeoorloofde leeftijdsdiscriminatie. De rechtbank vindt echter dat voor dit onderscheid tussen jongeren en niet-jongeren een redelijke en objectieve grond bestaat. Uit de wetsgeschiedenis blijkt namelijk dat bewust is gekozen om voor jongeren een ander bijstandsregime te laten gelden. Dit heeft te maken met de dringende wens van het kabinet om de jeugdwerkloosheid terug te dringen en doordat de positie van jongeren op de arbeidsmarkt anders is dan die van oudere werkzoekenden.
Lees de volledige uitspraak:
ECLI:NL:RBAMS:2018:7835