Laden...

Staatssecretaris niet bevoegd om tijdelijke bescherming van derdelanders op 4 september 2023 te beëindigen

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Amsterdam > Nieuws > Staatssecretaris niet bevoegd om tijdelijke bescherming van derdelanders op 4 september 2023 te beëindigen
Amsterdam, 01 september 2023

Demissionair staatssecretaris van der Burg van Justitie en Veiligheid is niet bevoegd om per 4 september 2023 de tijdelijke bescherming te beëindigen van een groep zogenoemde ‘derdelanders’ die zijn gevlucht uit Oekraïne. Dat volgt uit twee uitspraken die de rechtbank Amsterdam vandaag heeft gedaan.

Tijdelijke bescherming

Door het uitbreken van de oorlog in Oekraïne in februari 2022 zijn veel mensen gevlucht naar andere landen. Het gaat hierbij niet alleen om Oekraïners, maar ook om mensen met een andere nationaliteit ('derdelanders') die op dat moment (tijdelijk) in Oekraïne verbleven.

De staatssecretaris is op grond van een Europese richtlijn (de Richtlijn Tijdelijke Bescherming) onder andere verplicht om Oekraïners tijdelijk te beschermen, maar hij was niet verplicht om de groep derdelanders te beschermen die bijvoorbeeld voor werk of studie tijdelijk in Oekraïne verbleven. Toch heeft de staatssecretaris er anderhalf jaar geleden voor gekozen om ook deze mensen tijdelijk bescherming op grond van de richtlijn te bieden. 

De staatssecretaris komt nu op die keuze terug. Hij wil de tijdelijke bescherming van deze groep derdelanders vanaf 4 september 2023 beëindigen. Dat betekent dat zij na die datum alleen in Nederland mogen blijven als zij bijvoorbeeld een asielvergunning of een andere verblijfsvergunning aanvragen of krijgen.

Beroep

Een aantal personen uit de groep derdelanders is in beroep gegaan tegen de beslissing van de staatssecretaris. Zij vinden dat de staatssecretaris hun recht op tijdelijke bescherming niet per 4 september 2023 mag beëindigen. Een deel van deze zaken is als zogenoemde ‘pilotzaak’ met voorrang door de rechtbanken behandeld. De rechtbank Amsterdam heeft vandaag in twee van de pilotzaken uitspraak gedaan.

Niet bevoegd om te beëindigen

De rechtbank Amsterdam oordeelt dat de staatssecretaris niet de bevoegdheid had om terug te komen op de keuze die hij heeft gemaakt om hen tijdelijke bescherming te bieden. Als de bescherming eenmaal is verleend, biedt het Europees recht daar volgens de rechtbank namelijk geen ruimte voor. De staatssecretaris had daarom niet de tijdelijke bescherming van de twee derdelanders die de beroepen hadden ingesteld op 4 september 2023 mogen beëindigen. Zij moeten net zo lang gebruik kunnen maken van hun recht op tijdelijke bescherming als de andere personen aan wie tijdelijke bescherming is verleend (maximaal drie jaar). De rechtbank volgt hiermee het eerdere oordeel van de rechtbank Roermond in drie soortgelijke zaken en wijkt af van de oordelen die de rechtbank Rotterdam en Utrecht eerder hebben gegeven.  

Meer informatie

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de afdeling Voorlichting & Communicatie van de rechtbank Amsterdam via mail.

Uitspraken