De stichting wil met behulp van het CABR de identiteit van nog levende kampbewaarders achterhalen, zodat zij alsnog kunnen worden opgespoord en berecht. De algemeen rijksarchivaris van het Nationaal Archief weigerde de stichting echter toegang tot het CABR, onder meer omdat het een schending van de privacy van de vermeende kampbeulen op zou leveren. Ook zou de stichting niet voldoen aan de voorwaarden om toegang tot het archief te krijgen. De stichting ging tegen de weigering in beroep. Volgens haar zou het archief op basis van verschillende internationale verdragen onderzoek naar de vermeende kampbeulen wel degelijk mogelijk moeten maken.