Laden...

Vorderingen van Republiek (voorheen het Republikeins genootschap) en De Republikein slagen niet

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Den Haag > Nieuws > Vorderingen van Republiek (voorheen het Republikeins genootschap) en De Republikein slagen niet
Den Haag, 08 maart 2023

De rechtbank Den Haag heeft vandaag vonnis gewezen in een zaak die was aangespannen door Republiek (voorheen het Republikeins genootschap) en uitgeverij De Republikein. Zij zijn een procedure gestart tegen de Staat en de Koning. Volgens hen is er in civiele rechtszaken waarin de Koning partij is geen sprake van een eerlijk proces in de zin van artikel 6 van het Europese Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM) vanwege de positie van de Koning als staatshoofd, onder meer in het wetgevingsproces en bij de benoeming van rechters en vanwege de procesrechtelijke privileges die de Koning tijdens een procedure heeft. 

Collectieve actie procedure

De vorderingen van Republiek en De Republikein tegen de Staat en de Koning slagen niet. De rechtbank verklaart De Republikein niet ontvankelijk omdat het een collectieve actie procedure (een zogenaamde WAMCA-procedure) is waarin een individuele partij niet voor zichzelf vorderingen kan instellen. 

​ Deel van vorderingen voldoet niet aan de eisen

Republiek heeft voor belanghebbenden (waaronder De Republikein) de vorderingen ingesteld en om die reden kan de rechtbank de vorderingen van Republiek  wel beoordelen. Er moet dan nog wel worden voldaan aan de eisen die de wet aan een collectieve actie procedure stelt. Een deel van de vorderingen voldoet daar niet aan. Ook die vorderingen worden daarom niet inhoudelijk behandeld. 

Geen sprake van eerlijk proces?

De vorderingen die wel inhoudelijk konden worden behandeld zijn afgewezen. Volgens Republiek is er in alle civiele rechtszaken waarin de Koning partij is geen sprake van een eerlijk proces, maar dat is te kort door de bocht en is ook niet gebleken. Of er sprake is van een eerlijk proces hangt af van de concrete omstandigheden van het geval en dat moet per geval beoordeeld worden. 

Dat de Koning als staatshoofd bepaalde bevoegdheden heeft, dat er bijzondere procedures gelden en dat er tradities rond de Koning zijn (zoals het portret van de Koning in zittingszalen) betekent niet dat het recht op een eerlijke behandeling van de zaak door een onafhankelijk en onpartijdig gerecht wordt geschonden in elke zaak waarin de Koning partij is. 
Alleen als dat het geval zou zijn, is volgens het Europese Hof voor de Rechten van de Mens sprake van een schending van artikel 6 EVRM die een structurele aanpassing van de huidige positie van de Koning noodzakelijk maakt. 

Uitspraken