Volgens de rechtbank mocht Hilckmann het bedrag van 21 miljoen euro - in afwachting van de bedrijfsverplaatsing wel voor financiering van de lopende exploitatie - gebruiken, maar uiteindelijk wel voor de bedrijfsverplaatsing en voortzetting van de activiteiten moest aanwenden. Het staat vast dat Hilckmann dat laatste niet heeft gedaan en niet zal doen. Niettemin zal Hilckmann op grond van de overeenkomst tot op zekere hoogte verantwoording moeten afleggen over wat zij wel met het bedrag heeft gedaan. Voor een deel is dat al wel duidelijk, namelijk aflossing van schulden aan ABN Amro. Voor het resterende bedrag van ongeveer 11 miljoen euro is dat niet duidelijk. De bedoeling van het beding in de overeenkomst is dat de gemeente een zekere controle zou kunnen houden op de besteding van het bedrag dat uit publieke middelen - van de gemeente en de provincies Noord-Brabant en Gelderland - afkomstig is en bestemd was voor de verwezenlijking van een doel van publiek belang, namelijk behoud van economische activiteit en werkgelegenheid. Voor zover het bedrag is opgegaan in de lopende exploitatie van het bedrijf en vermengd is geraakt met eigen geldstromen van Hilckmann, is het niet nauwkeurig te achterhalen wat er precies mee is betaald. Hilckman zal dat wel globaal moeten aantonen. En wel op dusdanige wijze dat daarmee is uitgesloten dat het bedrag nog op een of andere manier binnen of buiten de onderneming van Hilckmann beschikbaar is. Daarbij zal Hilckmann in ieder geval al haar bankrekeningafschriften over de periode van 31 juli 2015 tot nu aan de gemeente moeten verstrekken.