Met het oog op het derde criterium: de persoon van de dader. Beide jongeren hebben ernstige psychische problemen en dreigen een persoonlijkheidsstoornis te ontwikkelen. Daar is volgens deskundigen nu nog iets aan te doen, maar dan moet er wel snel worden ingegrepen. In een jeugdinstelling wordt al tijdens de gevangenisstraf met de behandeling gestart. Ook de ouders kunnen daarbij worden betrokken, wat volgens de rechtbank bij beide daders noodzakelijk is. Dat is in een tbs-kliniek niet mogelijk. Bovendien begint een volwassen tbs-behandeling pas na de gevangenisstraf, terwijl snelheid juist geboden is. De rechtbank wil met de oplegging van de jeugdstraffen niets afdoen aan het verlies en het verdriet van de nabestaanden, aldus het vonnis. ‘Dit verlies kan op geen enkele wijze gecompenseerd worden, ook niet door het strafrecht. Hier is het strafrecht ook niet alleen voor bedoeld. Bij toepassing van het strafrecht moet recht worden gedaan aan de samenleving, de slachtoffers en ook aan de verdachte’.