Laden...

Instellingen geven geen uitvoering aan herhaalde rechterlijke machtiging in complexe zaak

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Gelderland > Nieuws > Instellingen geven geen uitvoering aan herhaalde rechterlijke machtiging in complexe zaak
Zutphen, 25 mei 2023

Instellingen geven herhaaldelijk geen uitvoering aan rechterlijke machtiging voor opname van een verstandelijk beperkte man uit Iran. De 'Zorgkaart Nederland' heeft geen plek voor vreemdelingen met een complexe verblijfsstatus, persoonlijkheidsproblematiek en een strafblad met agressiedelicten, die een gevaar vormen voor anderen en zichzelf. De rechtbank verzoekt de officier van justitie opnieuw om een rechterlijke machtiging voor te bereiden. Later wordt dan beslist of de man de eerder opgelegde voorwaardelijke celstraf van 2 jaar alsnog uit moet zitten.

Eind 2018 veroordeelde de rechtbank de man tot een gevangenisstraf van 4 jaar, waarvan 2 jaar voorwaardelijk met een proeftijd van 4 jaar voor een poging doodslag en een poging zware mishandeling. Een behandeling door middel van een opname in een instelling was één van de voorwaarden. In 2021 en 2022 mislukten zijn behandelpogingen in 2 klinieken. Om die reden wil de officier van justitie dat de man de voorwaardelijk opgelegde celstraf van 2 jaar alsnog uitzit.

Straf uitzitten of behandeling via andere route?

De man heeft een verstandelijke beperking. Hij is agressief naar anderen toe, ernstig suïcidaal en deed ook suïcidepogingen. Op zijn forse strafblad staan meerdere geweldsfeiten. Het is daarom onwenselijk dat de man onbehandeld op straat komt te staan.

Als de rechtbank de vordering van de officier van justitie toewijst, dan staat de man binnen niet al te lange tijd zonder behandeling en vangnet op straat, maar als de rechtbank de vordering afwijst staat de man nog eerder op straat.

Beide opties zijn volgens de rechtbank onwenselijk vanwege het individuele belang van de man en vanwege het algemeen belang bij beveiliging van de samenleving. Om die reden verleende de rechtbank al 2 keer eerder een rechterlijke machtiging, zodat gedwongen zorg en behandeling kan plaatsvinden. 

Geen uitvoering gegeven aan 2 rechterlijke machtigingen

De rechtbank gaf in december 2022 en in maart 2023 een rechterlijke machtiging af. Deze vervielen automatisch omdat de man niet binnen de wettelijke termijn van 4 weken geplaatst kon worden. Redenen voor niet-plaatsing waren: de verblijfsstatus van de man (ingetrokken verblijfsvergunning), financieringsproblemen (door zijn vreemdelingrechtelijke status) en zijn agressieproblematiek (en het daarom vereiste beveiligingsniveau). Het lijkt er dus op dat de overheid onvoldoende mogelijkheden heeft om gedwongen noodzakelijke zorg te organiseren voor personen zoals deze man.

Wie pakt de verantwoordelijkheid?

Ondanks de omstandigheid dat de rechtbank meerdere keren bepaalde dat gedwongen zorg moet worden verleend, werd die rechterlijke beslissing om uiteenlopende redenen niet uitgevoerd. Er lijkt bovendien geen (overheids-)instantie te zijn die regie voert op zo'n complex dossier.

Dit is onwenselijk, niet alleen vanwege het individuele belang van de man maar ook vanwege het algemeen belang bij de beveiliging van de samenleving. Immers, zoveel mogelijk moet worden voorkomen dat anderen schade of letsel wordt toegebracht. Het risico daarop is in deze zaak als hoog ingeschat.

De rechtbank acht het gezien het persoonlijk belang van de man en het algemeen belang bij beveiliging van de samenleving op dit moment geen optie om via het toewijzen van de vordering tot tenuitvoerlegging 'tijd te kopen' voor het regelen van een zorgvangnet na afloop van het uitzitten van dat voorwaardelijk strafdeel. Het toewijzen van die vordering is een eindbeslissing en leidt ertoe dat deze zaak voor de rechtbank is afgesloten. Haar bemoeienis eindigt en het momentum gaat zo verloren. Het initiatief ligt dan bij anderen dan de rechter, terwijl het onderliggende vraagstuk nog niet is opgelost en regie vanuit betrokken instanties onvoldoende aanwezig is ondanks de 'bestuurlijke opschaling'. 

Nieuwe poging rechterlijke machtiging

De rechtbank vraagt de officier van justitie om opnieuw een rechterlijke machtiging voor te bereiden. De zaak wordt over maximaal 2 maanden weer behandeld op zitting. 

Uitspraken