Laden...

10 personen veroordeeld voor grootschalige hennephandel en witwassen vanuit woonwagenkamp Stein

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Limburg > Nieuws > 10 personen veroordeeld voor grootschalige hennephandel en witwassen vanuit woonwagenkamp Stein
Roermond, 01 december 2021

De rechtbank Limburg heeft woensdag 3 personen veroordeeld voor het maandenlang runnen van een hennephandel vanuit een woonwagenkamp in Stein in 2017. Een vierde persoon is veroordeeld voor het bezit van een grote partij softdrugs. Daarnaast is een aantal personen veroordeeld voor het witwassen van grote geldbedragen. Er zijn 2 personen vrijgesproken. De straffen variëren van gevangenisstraffen tot aan taakstraffen.



Hennephandel

De politie kwam de handel op het spoor door de activiteiten op het woonwagenkamp te observeren en met een baken de auto van één van de verdachten te volgen. Bij de inval op het woonwagenkamp werd in totaal 65 duizend euro aan contant geld aangetroffen en een partij hennep. Verderop werden in een 2 woningen in totaal nog eens 26 kilogram aan hennep gevonden. 

Volgens de 2 hoofdverdachten ging de handel slechts om een korte periode en kleine hoeveelheden hennep. De rechtbank gelooft dit niet. Zij oordeelt dat één van hen 5 maanden lang vanuit het woonwagenkamp de hennephandel coördineerde, waarbij de ander de rol vervulde van leverancier en meerdere malen per dag tassen vol hennep naar het woonwagenkamp bracht. De minderjarige neef hielp vervolgens met de verkoop ervan. De gevonden 26 kilo aan hennep betrof, naar het oordeel van de rechtbank, de handelsvoorraad die grotendeels in de woning van de zoon van één van de hoofdverdachten werd bewaard. De betrokkenheid van de zoon bij de hennephandel acht de rechtbank niet bewezen. Ook een andere verdachte werd om deze reden vrijgesproken. 


Witwassen

De in totaal 65 duizend euro werd gevonden in woonwagens van familieleden van één van de hoofdverdachten. Meerdere personen hebben bij justitie geclaimd eigenaar te zijn van (een deel van) het geld. Zij stellen het geld door de jaren heen gespaard te hebben en uit legale bronnen te hebben verkregen, zoals schade-uitkeringen, leningen en giften. 

De financiële situatie van de personen en de verschillende verklaringen voor het geld zijn onderzocht. De rechtbank concludeert hieruit dat - met uitzondering van een verdachte die werd vrijgesproken - de overige verdachten niet de beschikking konden hebben (gehad) over dergelijke geldbedragen. Van 2 verdachten is daarnaast vastgesteld dat zij in de jaren voorafgaande aan de inbeslagname van de contante bedragen, veel contant geld hebben uitgegeven waarvoor geen legale verklaring is. Nu er geen legale herkomst is gevonden, moet het geld wel een criminele herkomst hebben. Dit maakt dat deze verdachten zich schuldig hebben gemaakt aan witwassen. Tevens hebben 4 verdachten, in een poging de criminele herkomst van het geld te verbergen, een constructie opgezet met valse overeenkomsten van geldlening.


Straffen

Bij de oplegging van de straffen heeft de rechtbank rekening gehouden met de forse omvang van de hennephandel. Bovendien liepen beide hoofdverdachten in een proeftijd en werden zij al eerder veroordeeld voor delicten rondom softdrugs. De rechtbank legt hen een onvoorwaardelijke gevangenisstraf op van 16 maanden. 

De  destijds minderjarige neef is veroordeeld tot 19 dagen jeugddetentie en een taakstraf van 120 uur. De rechtbank heeft meegewogen dat hij zich in het voortraject ruim 2 jaar heeft gehouden aan strenge voorwaarden, waaronder een enkelband en huisarrest, wat een flinke impact op hem heeft gehad.

De verdachte in wiens woning ruim 22 kilogram hennep werd aangetroffen is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 11 dagen en een taakstraf van 240 uur. De rechtbank heeft in aanmerking genomen dat deze verdachte sindsdien niet meer in aanraking is geweest met politie of justitie en inmiddels zijn leven goed op de rit heeft.

2 witwasverdachten kregen een taakstraf van 240 uur opgelegd en een voorwaardelijk gevangenisstraf van 2 maanden. Zij hebben lange tijd geprofiteerd van criminele opbrengsten en de maatschappij hiermee benadeeld. Ook hebben zij beiden een ander in hun voordeel valselijk laten verklaren tegenover de rechtbank. 

Aan 2 van de overige veroordeelden voor witwassen is een taakstraf van 150 uur opgelegd, omdat zij anderen door middel van een valse overeenkomst van geldlening hebben betrokken in de witwasconstructie. Aan die 2 anderen is een taakstaf van 60 uur opgelegd. 

De rechtbank heeft in bovenstaande straffen kortingen verwerkt afhankelijk van de duur van de overschrijding van de redelijke termijn tot berechting. 

Tot slot zijn de gevonden criminele geldbedragen verbeurd verklaard en dienen 2 witwasverdachten ruim 30 en 27 duizend euro aan de Staat te betalen ter ontneming van het door hen genoten wederrechtelijk voordeel. 


Uitspraken