De rechtbank kan zich niet voorstellen dat het doekje per ongeluk in de keel van het meisje is gekomen. Het is onwaarschijnlijk dat een kind van 8 weken zelf een snoetenpoetsdoekje, dat tenminste zo groot is als haar gezicht en een stevige structuur heeft, zó diep in haar keel krijgt dat dit enkel nog met een pincet kan worden verwijderd. Dit wordt ondersteund door de bevindingen van een forensisch arts die in zijn rapport en op zitting heeft verklaard dat het onaannemelijk is dat het meisje het doekje zelf heeft opgezogen of ingeslikt. Bij zuigelingen tot ongeveer 5 maanden oud treedt namelijk een wurgreflex op waarbij hetgeen wat in de mond komt, uitgespuugd wordt. Daardoor had het doekje nooit zomaar achter in de keel kunnen zitten, maar (vooraan) in de mond én had het meisje daarbij geluid moeten maken. De man heeft echter verklaard dat hij niets hoorde. Tot slot betrekt de rechtbank ook dat het verschonen van een luier in het algemeen maar kort duurt. Het is niet goed voor te stellen dat het meisje in staat was om het hele doekje in zo’n korte tijd naar binnen te zuigen. Het kan volgens de rechtbank daarom niet anders dan dat de man het doekje met opzet in de keel van zijn dochtertje duwde.