Het geschil gaat over de inhoud van een onderzoeksrapport, gemaakt door de Universiteit Utrecht, in opdracht van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC). In dat rapport wordt verslag gedaan van onderzoek naar de manier waarop binnen de geloofsgemeenschap met meldingen van seksueel misbruik wordt omgegaan. Volgens de Jehova’s Getuigen is het rapport wetenschappelijk en feitelijk onjuist en lasterlijk. De voorzieningenrechter gaat hier niet in mee. Juridisch gezien ligt de drempel voor een publicatieverbod hoog. Het belang dat met het rapport gediend wordt, weegt zwaarder dan de bezwaren van de Jehovah’s Getuigen, ook omdat die bezwaren voor een belangrijk deel onjuist zijn.