Ook de 22-jarige broer van de jongen wordt door de rechtbank Midden-Nederland veroordeeld. Het wapen waarmee het neefje is doodgeschoten, was van hem. Hoewel hij zelf niet direct betrokken was bij het dodelijke schietincident, heeft het alleen kunnen gebeuren doordat hij het wapen in huis heeft gehaald. Dit rekent de rechtbank hem zwaar aan. Daarnaast wordt hij veroordeeld voor drugsbezit én voor diefstal in vereniging. Hij en zijn 17-jarige broertje stalen na het incident de telefoon en pasjes van hun neefje, uit angst voor wat op de telefoon zou worden aangetroffen. De rechtbank veroordeelt de broer tot een gevangenisstraf van 12 maanden waarvan 4 voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar. De moeder van de broers wordt door de rechtbank vrijgesproken. Volgens het Openbaar Ministerie kan het niet anders dan dat de 53-jarige vrouw op de hoogte was van het feit dat haar neefje was neergeschoten. Toen het vuurwapen afging, was zij namelijk in de naastgelegen kamer. Ook zij zou vervolgens, net als haar 17-jarige zoon, haar mond hebben gehouden tegenover de hulpdiensten en daarmee cruciale informatie hebben achtergehouden. Maar de rechtbank gaat hier niet in mee. Hoewel het moeilijk voorstelbaar lijkt dat de moeder het schot niet heeft gehoord, terwijl meerdere getuigen de knal wél hoorden, kan op basis van het dossier niet geconcludeerd worden dat de moeder van alles op de hoogte was. Volgens de rechtbank kan daarmee niet wettig en overtuigend bewezen worden dat de moeder haar neefje opzettelijk in hulpeloze toestand achterliet of dat zij op enige manier schuld heeft aan zijn dood.