Laden...

Vreemdelingenkamer Utrecht: bescherming derdelanders uit Oekraïne mag beëindigd worden

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Midden-Nederland > Nieuws > Vreemdelingenkamer Utrecht: bescherming derdelanders uit Oekraïne mag beëindigd worden
Utrecht, 01 september 2023

De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid is bevoegd om de tijdelijke bescherming te beëindigen van derdelanders met een tijdelijke Oekraïense verblijfsvergunning. Dat oordeelt de vreemdelingenkamer van de rechtbank Midden-Nederland. 

Derdelanders

De rechtbank behandelde de zaak van een man met de Nigeriaanse nationaliteit die in februari 2022 vanwege zijn studie een tijdelijk verblijfsrecht had in Oekraïne. Na het uitbreken van de oorlog daar is hij naar Nederland gevlucht, waar hij toen tijdelijk mocht verblijven op grond van de Europese ‘Richtlijn tijdelijke bescherming’. De man valt onder de groep ‘derdelanders’ van wie de staatssecretaris heeft bepaald dat hun tijdelijke bescherming eindigt op 4 september 2023. 

Bescherming stoppen

De vraag die in meerdere zaken voorligt, is of de lidstaten van de Europese Unie er zelf voor mogen kiezen om de tijdelijke bescherming van deze groep derdelanders te stoppen. De Utrechtse vreemdelingenkamer komt tot de conclusie dat de lidstaten die vrijheid hebben en dat Nederland de bescherming van uit Oekraïne gevluchte derdelanders dus mag beëindigen. De staatssecretaris mocht hierbij meewegen dat deze groep van vreemdelingen eraan bijdraagt dat de opvangcapaciteit in de gemeentes overbelast is, terwijl er ook vluchtelingen zijn die Nederland verplicht moet blijven opvangen en waarvoor dus capaciteit beschikbaar moet zijn. Het gaat dan bijvoorbeeld om gevluchte Oekraïense staatsburgers of derdelanders met een permanent verblijfsrecht in Oekraïne.

Vreemdelingenzaken worden behandeld door alle rechtbanken in Nederland, in naam van de rechtbank Den Haag. De Vreemdelingenkamer in Roermond kwam deze week in drie vergelijkbare zaken tot een ander oordeel.

Uitspraken