DNA-onderzoek speelde bij de opsporing een belangrijke rol. Na de wetswijziging van 1 april 2012 werd grootschalig DNA-verwantschapsonderzoek mogelijk. Ook Jasper S. heeft hieraan meegewerkt. Daardoor werd na vele jaren de match gevonden met DNA dat hij had achtergelaten tijdens het misdrijf (sperma, bloed, haren). De kans dat een willekeurig gekozen man hetzelfde DNA-profiel heeft, is ongeveer 1 op 1500 miljard miljard. Praktisch gesproken houdt dat in dat dit DNA toebehoort aan Jasper S.
Jasper S. heeft verklaard dat hij in de nacht van 1 mei 1999 rondfietste om zijn hoofd leeg te maken. Hij trof Marianne Vaatstra, die alleen naar huis fietste na een avond stappen. Om seks met haar te hebben, trok hij haar van haar fiets. Marianne verzette zich. Toen Jasper S. zijn hand voor haar mond hield, beet zij in zijn vinger. Verdachte heeft haar vervolgens zijn mes op de keel gezet en haar meegevoerd in het weiland. Achter een boomwal is Marianne eerst oraal verkracht. Nadat verdachte haar kleding had losgesneden, is zij ook vaginaal verkracht.
Na de roes van de verkrachting zou verdachte weer bij zijn positieven zijn gekomen. Verdachte heeft verklaard dat hij toen in paniek raakte, maar de rechtbank leidt uit zijn verklaringen juist af dat hij welbewust nadacht over het doden van Marianne om ontmaskering en gevolgen voor zijn gezin te voorkomen. Volgens de rechtbank blijkt deze 'voorbedachte raad' ook uit de serie handelingen die verdachte uitvoerde. Verdachte heeft Marianne eerst op haar buik gedraaid en gewurgd met haar beha. Toen hij besefte dat zij nog ademde, heeft hij haar hoofd opgetild en in drie keer haar hals doorgesneden. Marianne stierf door een combinatie van verwurging en massaal bloedverlies. Toen verdachte het bloed hoorde stromen, is hij weggegaan. Vanwege het moment van overdenking en deze handelingen heeft de rechtbank 'moord' bewezen verklaard.
De rechtbank acht wel bewezen dat verdachte Marianne's polsen heeft vastgebonden met haar beha. Anale verkrachting acht de rechtbank niet bewezen.
Voor de straf is van belang dat Marianne Vaatstra op een verschrikkelijke wijze aan haar einde is gekomen. Zij was bang in het donker en werd van achteren aangevallen door een volwassen man met een mes. De afgedwongen orale en vaginale seks moet zeer vernederend zijn geweest. IJzingwekkend is het als men op zich laat inwerken hoe eenzaam Marianne in haar laatste momenten moet zijn geweest. Uit een oogpunt van vergelding zou iedere straf te licht zijn.
Vergelding kent echter in een rechtsstaat haar grenzen; de straf wordt mede bepaald door de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Hierbij speelt de toerekeningsvatbaarheid een rol. Volgens de psycholoog en psychiater is geen stoornis of psychopathologie aanwezig. Verdachte zou zich hoogstens hebben laten overheersen door zijn geslachtsdrift en daarbij zijn geweten hebben uitgeschakeld, terwijl hij doorgaans beschikte over een prima zelfsturend vermogen. Met de deskundigen acht de rechtbank verdachte volledig toerekeningsvatbaar. Hij had een blanco strafblad.
De rechtbank heeft gelet op de straffen die in soortgelijke zaken worden opgelegd. Strafverzwarend is de nietsontziende werkwijze van verdachte. Ook houdt rechtbank er rekening mee dat Marianne naakt en verminkt door familieleden is aangetroffen. Dat beeld zullen zij nooit meer kwijtraken.
Dat verdachte zich nooit bij de politie heeft gemeld, werkt niet strafverhogend. Hoewel verdachte hierdoor een eind had kunnen maken aan de jarenlange onzekerheid waarin de nabestaanden verkeerden, is het een beginsel van ons strafrecht dat niemand hoeft mee te werken aan zijn eigen veroordeling.
Gezien de ernst van de feiten en de persoon van de dader legt de rechtbank een gevangenisstraf van 18 jaar op.
Met de officier van justitie en de verdediging vindt de rechtbank dat op dit moment nog geen schadevergoeding aan de nabestaanden kan worden toegekend. Het gaat om juridisch gecompliceerde kwesties, zoals shock- en affectieschade, die in dit geval bij de civiele rechter thuis horen.