Laden...

Bedrijf uit Bergeijk hoeft niet meteen te stoppen met mestinname

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Oost-Brabant > Nieuws > Bedrijf uit Bergeijk hoeft niet meteen te stoppen met mestinname
's-Hertogenbosch, 27 juli 2016

Een mestdistributie- transport- en loonbedrijf uit Bergeijk hoeft niet onmiddellijk te stoppen met de inname van mest. Dat heeft de rechter zojuist beslist in een bestuursrechtelijke voorlopige voorziening. Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant (GS) legde het bedrijf enkele lasten onder dwangsom op omdat het meer mest innam dan is toegestaan.

Het bedrijf heeft sinds 1 maart 2010 een vergunning voor het verwerken van maximaal 25 duizend ton mest per jaar. Bij een controle bleek er echter meer mest te worden verwerkt dan toegestaan: 86.050 ton in 2015 en van januari tot juli 2016 was er al 61.987 ton mest ingenomen. Ook werd vastgesteld dat 2 mestsilo’s niet waren afgedekt en dat de dikke mestfractie werd gehygiëniseerd met ongebluste kalk. Daarop legde GS het bedrijf enkele lasten onder dwangsom op voor het overtreden van de vergunningvoorschriften en het uitbreiden van de inrichting zonder vergunning. Daarop stapte het bedrijf naar de rechter om een voorlopige voorziening te vragen. 

​Standpunt bedrijf

Het bedrijf stelt dat de provincie ten onrechte geen rekening heeft gehouden met alle betrokken belangen. Zo zet het bedrijf zich in om het mestoverschot in de provincie te beëindigen en heeft het een moderne installatie aangeschaft van ongeveer 2 miljoen euro. De 100 varkensbedrijven die klant zijn, hebben mestputten onder de stallen die vol staan en die varkensbedrijven kunnen met hun mest nergens anders naar toe. Als het bedrijf moet stoppen met de inname van mest, dan komen er 30 werknemers op straat te staan.

Oordeel rechter

De rechter oordeelt dat het ontoelaatbaar is zonder vergunning zo fors uit te breiden. Het bedrijf had eerst een vergunning moeten aanvragen met alle bijbehorende onderzoeken naar milieugevolgen. Dat moeten de concurrenten immers ook doen. Het kan niet van de provincie worden verwacht om een dergelijke overtreding door de vingers te zien. De rechter beseft dat handhavend optreden grote gevolgen heeft voor het bedrijf, de werknemers en de klanten. Maar die gevolgen vallen de provincie echter niet aan te rekenen. Dit is het gevolg van de keuze die het bedrijf maakte om uit te breiden zonder vergunning en komt voor zijn risico.

Maar de provincie had niet mogen overgaan tot het gelasten van een directe innamestop voor het bedrijf. De rechter sluit namelijk niet uit dat de varkensbedrijven die contracten met het bedrijf hebben gesloten door een dergelijke plotselinge innamestop in problemen kunnen komen. Het bedrijf heeft toegelicht dat in de praktijk langlopende contracten worden gesloten tussen boeren en mestverwerkende bedrijven en dat de varkensbedrijven niet van de ene op de andere dag hun mest kunnen gaan leveren aan een andere mestverwerker. Deze argumenten heeft de provincie niet goed weersproken. Daarom schorst de rechter het besluit van de provincie om het bedrijf onmiddellijk te laten stoppen met het innemen van mest.

​Geen onbeperkte inname

Dat betekent niet dat het bedrijf net zo lang kan doorgaan met het innemen van mest totdat de provincie een nieuw besluit heeft genomen op het ingediende bezwaarschrift. Een onbeperkte inname gaat de voorzieningenrechter te ver omdat de rechter de gevolgen voor het milieu niet kan overzien. Bovendien worden concurrenten van het bedrijf die wel een vergunning hebben daardoor mogelijk geschaad. Daarom bepaalt de rechter dat de schorsing vervalt zodra het bedrijf in 2016 meer dan 75.000 ton mest heeft ingenomen. Het bedrijf heeft vorig jaar ruim 86.000 ton mest ingenomen en mag dus nog circa 13.000 ton mest innemen in 2016. Het bedrijf zal haar klantenbestand moeten afbouwen om weer aan de vergunning te voldoen. Met deze voorziening krijgt het bedrijf een korte adempauze die het kan gebruiken om te overleggen met de provincie.

Uitspraak