Laden...

Straatroof bij station Eindhoven: 18 maanden celstraf

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Oost-Brabant > Nieuws > Straatroof bij station Eindhoven: 18 maanden celstraf
's-Hertogenbosch, 29 december 2017

Een 36-jarige man uit Eindhoven is door de rechtbank Oost-Brabant veroordeeld tot een gevangenisstraf van 18 maanden voor een straatroof bij het station in Eindhoven.

De verdachte pakte in september van dit jaar op het Stationsplein een man op leeftijd vast en duwde hem op de grond. Vervolgens trok hij een portemonnee met inhoud uit de handen van het slachtoffer en ging ervandoor. Het slachtoffer hield een wond aan zijn achterhoofd over aan het voorval.

Geen nader onderzoek

De officier van justitie vroeg tijdens de zitting dat de rechtbank een nader psychiatrisch onderzoek van de verdachte zou laten verrichten. Daarmee zou het eventueel mogelijk zijn terbeschikkingstelling (tbs) op te leggen. De rechtbank constateert dat uit het dossier, in het bijzonder uit de rapporten van de psycholoog en reclassering, sterke aanwijzingen naar voren komen voor het bestaan van een gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis. Ook sluit de rechtbank er de ogen niet voor dat een kans op herhaling mogelijk is, alleen al omdat de verdachte is veroordeeld voor vermogens- en geweldsmisdrijven. Het standpunt van de officier van justitie voor nader onderzoek, is dan ook te begrijpen. De rechtbank oordeelt echter dat zij ook mét een rapport van een psychiater niet zou overgaan tot oplegging van tbs. De rechtbank gaat er niet aan voorbij dat de gevolgen van de straatroof voor het slachtoffer niet gering zijn, maar feitelijk bestond het geweld alleen uit een duw en het trekken van de portemonnee uit de handen van het slachtoffer. Tbs met dwangverpleging kan tot een zeer lange vrijheidsberoving leiden die niet meer in verhouding staat tot het delict en de wijze waarop dat is gepleegd. De rechtbank wijst het verzoek tot nader onderzoek daarom af.

Disproportionele eis

De officier van justitie eiste – mocht het nader onderzoek worden afgewezen – een celstraf van 6 jaar. De rechtbank vindt dit een disproportionele straf. Dergelijke straffen gelden in de regel alleen als sprake is van meerdere delicten, zeer grof geweld, zeer ernstig letsel en/of een gigantische buit.
De rechtbank weegt bij het bepalen van de straf mee dat de verdachte op klaarlichte dag een man op leeftijd op brutale wijze heeft beroofd. De verdachte was alleen uit op winstbejag en trok zich niets aan van de belangen van het slachtoffer. Hij liet hiermee zien geen respect te hebben voor andermans lichamelijke integriteit en persoonlijke eigendommen. Verder neemt de rechtbank het de verdachte kwalijk dat hij op geen enkel moment verantwoordelijkheid heeft genomen. Dit alles maakt dat de rechtbank een onvoorwaardelijke celstraf van aanzienlijke duur op z'n plaats vindt.
De rechtbank oordeelt bovendien dat de verdachte een eerder voorwaardelijk opgelegde celstraf van 2 maanden alsnog moet uitzitten.

Uitspraak