Het slachtoffer doet halverwege 2018 aangifte van ontuchtige handelingen. De bejaarde man bekent dat er sprake was van één moment waarop hij het meisje bij haar borsten heeft betast. Volgens het slachtoffer zou de ontucht meerdere keren hebben plaatsgevonden in de periode tussen 2011 en 2013. Bij zedenzaken zijn doorgaans alleen het veronderstelde slachtoffer en de veronderstelde dader aanwezig. Alleen een aangifte is niet voldoende om tot een veroordeling te komen, er is steunbewijs nodig. Steunbewijs kunnen verklaringen zijn van getuigen die in vertrouwen zijn genomen door het slachtoffer of de dader, of verklaringen van getuigen die iets kunnen zeggen over veranderend gedrag van het slachtoffer nadat het ontucht heeft plaatsgevonden. De getuigenverklaringen in deze zaak bieden onvoldoende aanknopingspunten om als volledig steunbewijs te dienen. De verklaringen bevatten onderdelen die overeenkomen met het verhaal van het slachtoffer, maar ze bevatten ook onderdelen die overeenkomen met het verhaal van de man.