Laden...

Veelgestelde vragen Overijsselse overlegrechter

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Overijssel > Regels en procedures > Veelgestelde vragen Overijsselse overlegrechter

 Veelgestelde vragen Overijsselse overlegrechter

>Alles uitklappen
  • De in het ongelijk gestelde partij dient op grond van artikel 237 Rv in beginsel in de proceskosten te worden veroordeeld. Gelet op de aard van de procedure ligt compensatie van de proceskosten echter in de rede. Dat betekent dat beide partijen de eigen kosten van de procedure dragen.

  • Dat kan, maar alleen als de zaak kan worden behandeld op de rechtbank. Zaken waarbij de Overijsselse overlegrechter buiten het rechtsgebied ter plaatse moet komen om bijvoorbeeld een boom of schutting te bekijken worden niet in behandeling genomen.

  • Er zijn in deze procedure geen grenzen gesteld aan de hoogte van de vordering. De complexiteit van de zaak kan, eveneens de aard van de zaak, natuurlijk wel aanleiding geven om de zaak in het kader van de pilot niet in behandeling te nemen.

  • Partijen dienen ieder de helft van het geldende griffierecht te voldoen. Daarbij geldt het volgende:

    • Gaat het om een geschil waarbij een particulier is betrokken, dan dienen beide partijen € 43,50 te betalen, ongeacht het geldelijk belang van de zaak;
    • Gaat om een geschil tussen twee eenmanszaken of bedrijven (niet zijnde een eenmanszaak), dan is het door ieder van partijen te betalen griffierecht, afhankelijk van het geldelijk belang van de zaak, € 60,50, € 243,- of  € 486,-;
  • Dat is niet verplicht, maar mag zeker.

  • Dat is niet nodig. U kunt belangrijke stukken natuurlijk wel meenemen naar de zitting. Dan kunnen deze stukken indien nodig ter plekke worden geraadpleegd.

  • De Overijsselse overlegrechter zal met partijen in gesprek gaan over het geschil en zal samen met partijen zoeken naar een oplossing daarvan. Als partijen ter zitting tot een regeling komen, zal deze regeling worden vastgelegd in een proces-verbaal. Dat zal partijen na de zitting worden toegestuurd. Als geen regeling wordt getroffen, zal de rechter bepalen hoe de procedure verder verloopt en uiteindelijk een vonnis wijzen.

  • Het is alleen mogelijk om tegen een vonnis van de Overijsselse overlegrechter in hoger beroep te gaan indien het geldelijk belang van de zaak meer dan € 1.750,00 bedraagt én beide partijen zich het recht op hoger beroep hebben voorbehouden (artikelen 332 en 333 Rv). Dat dient op het aanmeldformulier te worden aangegeven en zal vervolgens ter zitting worden gecontroleerd. Als de ene partij wel in hoger beroep wenst te kunnen gaan en de andere partij niet, staat dus geen hoger beroep open.

  • Ja, het proces-verbaal dat ter zitting wordt opgemaakt en waarin de rechter de tussen partijen getroffen regeling vastlegt, wordt door de griffie aan partijen toegestuurd in zogenaamde executoriale vorm. Dat betekent dat bedoeld proces-verbaal dezelfde werking heeft als een vonnis en dat de deurwaarder zo nodig tot beslaglegging kan overgaan in het geval de andere partij weigert uitvoering te geven aan de gemaakte afspraken.