Laden...

Op de rol: 'Het lijkt wel alsof ik een moord heb gepleegd'

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Rotterdam > Nieuws > Op de rol: 'Het lijkt wel alsof ik een moord heb gepleegd'
Rotterdam, 21 februari 2018
Heleen krijgt op 21 september 2016 een alarmerend bericht van Facebook: iemand heeft geprobeerd om een nieuw wachtwoord op haar Facebookaccount aan te maken. Geen fishing mail om haar informatie te ontfutselen, nee echt van Facebook. Heleen*, die afdelingschef is bij een gemeentelijke dienst, heeft niets veranderd, maar ze weet wel hoe laat het is.

Heleen wordt namelijk al ruim een maand op de elektronische snelweg geterroriseerd door een (ex)cliënte van de dienst, die weliswaar een contactverbod met de gemeente heeft, maar zich daar niets van aantrekt. Cliënte van de gemeentelijke dienst en gamer Nina (39) heeft geen werk, maar ze is wel thuis in de wereld van de IT. Eerst viel ze Heleen op haar werk lastig vanaf talloze e-mailadressen, nu heeft Nina kennelijk haar zinnen gezet op Heleens privéwereld. Doodeng, vindt Heleen. ‘Ik ging ervan over mijn nek’, zegt ze in een slachtofferverklaring.

Groenteboer

Heleen doet aangifte bij de politie, die Nina’s digitale doopceel licht, haar oppakt en 3 dagen opsluit in de politiecel. En vandaag zit Nina dan in zaal 5 van de Rotterdamse rechtbank tegenover politierechter Riege. Zonder advocaat. ‘Hij belde zondagnacht dat hij de stukken niet had. Dat vond ik een raar verhaal. We hadden geen prettig contact. Ik had om uitstel kunnen vragen, maar ik wil dat het afgelopen is’, zegt Nina. ‘Weet u het zeker?’ vraagt de rechter. Ja. Nina heeft ook het dossier gelezen. Waarin staat dat ze niet alleen computervredebreuk zou hebben gepleegd, maar Heleen ook stelselmatig (digitaal) heeft gestalkt. Ze heeft inderdaad heel veel mails naar Heleen gestuurd, maar ingebroken in Facebook, nee, dat niet. ‘Ik ben niet in haar account geweest’. Ze heeft wel een poging ondernomen. En dat was trouwens een fluitje van een cent, vertelt Nina. Toen ze Heleens wachtwoord probeerde te veranderen, vroeg Facebook welk beroep Heleens grootvader uitoefende. ‘En toen heb ik groenteboer gegokt. En dat was goed. Maar ik moest 48 uur wachten voor ik een nieuw wachtwoord kon invoeren en toen heb ik het erbij gelaten’.

Verliefd

Nou niet echt, want er wordt 51 keer geprobeerd om een nieuw wachtwoord in te stellen op Heleens Facebookaccount en ook op haar Instagramaccount. ‘Ik heb geen idee wie daarachter zat’, zegt Nina. ‘Maar op 3 oktober stuurt u Heleen wel een mail waarin u schrijft dat het u spijt dat u Heleen hebt gehackt’, reageert de rechter. Nina heeft het in die mail ook over Heleens 2 kinderen, moeder, broer en ex-man. ‘Wat wilde u daarmee bereiken?’, vraagt de rechter. ‘Ze was mijn aanspreekpunt bij de gemeente en ik merkte dat ze informatie doorgaf aan de reclassering. Ik wilde haar weghebben, weg als account, weg online’, zegt Nina. En tegelijk: ‘Ik vond haar ook een aantrekkelijke vrouw. Verliefd zijn en afgewezen worden, is slecht voor mij. Ik ging er kapot aan in mijn hoofd. Ik kon er met geen mogelijkheid overheen komen.’ Ze verklaart haar liefde voor Heleen op haar eigen Instagramaccount en ze laat de initialen van Heleen op haar hand tatoeëren. Heleen krijgt er een foto van toegemaild.

Misselijkmakend

‘Het was misselijkmakend’, zegt Heleen bij monde van haar advocaat in een slachtofferverklaring over de terreur die Nina uitoefende. ‘Ik had geen idee wat mevrouw wilde, laat staan wat ik ermee moest doen. Dit was mijn privéleven. Ik ben enorm geschrokken van de foto’s van mijn kinderen in het dossier. Ook probeerde mevrouw in te loggen op het Facebookaccount van mijn moeder. Deze zaak heeft mentaal en lichamelijk een enorme wissel op mij getrokken. Mevrouw is ziek en heeft hulp nodig’, aldus Heleen. ‘Wilt u reageren?’, vraagt de politierechter aan Nina. ‘Kijk maar naar mij, want mevrouw is er niet.’ Nina: ‘Het spijt mij dat het zo gelopen is en dat Heleen ziek is geworden. Ziek ben ík niet; ik weet wat ik heb gedaan en ik wil zelf ook dat er een einde aan komt. Iedereen houdt mij in de gaten, 24 uur per dag. Ik wil niet nog een keer in een politiecel zitten, ik wil niet weer verhoord worden.’ Nina is in huilen uitgebarsten. 

Behandeling

Nina is eerder veroordeeld voor belaging van een gemeentemedewerker, maar daartegen is ze in beroep gegaan. De behandeling bij het centrum voor geestelijke gezondheidszorg De Waag is al wel begonnen. Met weinig succes, zeggen Nina én de reclassering. Ze zet zich niet in, zegt de reclassering; ik wil wel maar ze doen niets, zegt Nina. ‘Daarom heb ik voor een andere behandelaar en voor een ander contactpersoon bij de reclassering gekozen.’ Natuurlijk moet Nina worden behandeld, zegt officier van justitie Friendwijk, maar daar mag het niet bij blijven. Ze heeft Heleen immers met haar volle verstand stelselmatig digitaal belaagd en is steeds dieper haar privédomein binnengedrongen. ‘Dat Heleen angstig was, begrijp ik heel goed. Want waar houdt het op? Staat er straks iemand voor de deur? De kinderen konden er niet van slapen.’

Moord

Een taakstraf van 200 uur is op zijn plaats, vindt de officier. ‘Dat is om af te rekenen met wat er is gebeurd. Maar hoe zorgen we ervoor dat mevrouw hiermee ophoudt?’ Als stok achter de deur presenteert officier van justitie Friendwijk een voorwaardelijke gevangenisstraf van 2 maanden, met een maximale proeftijd van 3 jaar. Omdat Nina’s wangedrag hardnekkig is, moet ze zich ook ambulant laten behandelen, 3 jaar lang melden bij de reclassering en mag ze per direct 3 jaar lang geen contact zoeken met Heleen, haar vrienden en familie. Niet op de sociale media en niet in levenden lijve, thuis of op het werk. Nina mag de naam of afbeeldingen van Heleen en haar omgeving ook niet meer gebruiken op de sociale media. ‘Het lijkt wel alsof ik een moord heb gepleegd. Mag ik dan wel mijn laptop terug? Daar zit mijn leven in!’, reageert Nina huilend.

Laptop

Nina heeft Heleens Facebookaccount gehackt en haar gestalkt (‘terwijl u ook nog eens een contactverbod met gemeentemedewerkers had’), maar 200 uur taakstraf vindt politierechter Riege te gortig. ‘Ik geef u een taakstraf van 100 uur.’ Daarnaast krijgt Nina een voorwaardelijke gevangenisstraf van 1 maand. En ze moet zich verplicht melden bij de reclassering en ambulant laten behandelen bij De Waag. Ze mag de naam en beeltenis van Heleen en haar familie 3 jaar lang niet op het internet zetten en ze krijgt 2 jaar lang een contactverbod en een gebiedsverbod voor Heleens en huis- en werkadres. Ook als Nina in beroep gaat, moet ze zich daaraan houden. Doe ze dat niet, dan gaat ze per overtreding 2 weken de cel in. ‘En de laptop?’, vraagt de griffier. Die krijgt Nina terug als de gegevens die met Heleen te maken hebben eraf zijn gehaald.

* Dit zijn niet de echte namen.

Uitspraken