Laden...

Op de rol: ‘Hier past alleen gevangenisstraf bij’

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksRechtbank Rotterdam > Nieuws > Op de rol: ‘Hier past alleen gevangenisstraf bij’
Dordrecht, 20 februari 2019

De 82-jarige mijnheer S. snort op zaterdag in alle vroegte met zijn scootmobiel langs de Jumbo in de Dorpsstraat in Bergschenhoek. Tot zijn ontzetting ligt daar de levenloze, en naar later blijkt laveloze, Badr (31)* naast zijn omgevallen scooter. Het is nog doodstil bij de Jumbo. Mijnheer S. wil zich ontfermen over de hem onbekende man, die plots tot leven komt en hem van zijn scootmobiel trekt.

Het misselijkmakende tafereel dat zich vervolgens afspeelt, vult een groot scherm in de Oude Maaszaal van het Dordtse gerechtsgebouw. Een bewakingscamera van de Jumbo hangt er op die 17e juni van het vorige jaar namelijk bij en heeft ernaar gekeken. De schoolklas die vandaag op een leerzaam uitje naar de rechtbank is, is er stil van. Badr trouwens ook. Hij ziet voor het eerst hoe hij al zwalkend en blèrend mijnheer S. slaat en schopt. Op diens hoofd, middenrif – overal. De oudere man ligt weerloos op de grond, richt zich op, waarna Badr hem met zijn scootersleutels slaat en op zijn hoofd gaat staan. ‘Ik herken mijzelf niet. Ik schaam mij heel erg’, prevelt Badr terwijl hij zijn hoofd afwendt.

Gedronken

‘Het is wel genoeg zo’, besluit politierechter Geerars na een paar minuten de wanstaltige vertoning. ‘Ja, het is wel genoeg’, beaamt Badr. ‘Dat bent u, hè? Ik moet zeggen dat ik schrik van die beelden. U weet niet meer wat er gebeurd is, begrijp ik? Had u gedronken?’, vraagt de rechter. ‘Ja, dat ben ik. Ik had heel veel gedronken. Ik weet niets meer’, antwoordt Badr. Mijnheer S. wist nog wel wat er was gebeurd toen hij later in het Franciscus Gasthuis in Rotterdam met de politie sprak. ‘Die man schopte en sloeg mij. Het ging allemaal zo snel. Ik wist niet wat mij overkwam. Dit had-ie 20 jaar geleden moeten durven. Op een gegeven moment stopte hij met schoppen en slaan; waarom weet ik niet. Ze hebben foto’s en een scan gemaakt. Ik heb kneuzingen, bloeduitstortingen en wondjes, maar geen inwendige bloedingen.’

Brief

‘Ik schaam mij dood. Die video wil ik nooit meer zien’, zegt Badr wederom tegen de politierechter. ‘Ik heb er geen woorden voor. Wat ik heb gedaan ken toch niet? Ik heb die mijnheer een brief geschreven waarin ik zeg dat het mij spijt. Ik heb de reclassering verteld dat ik bij hem zal langsgaan als hij dat wil. Mijn zus heeft contact opgenomen met de familie.’ De familie S. heeft de brief niet aan vader gegeven, zegt zijn dochter, die vandaag ook in de Oude Maaszaal zit. ‘Dat zou alleen maar voor onrust zorgen.’ Ze heeft de officier van justitie trouwens net een envelop gegeven met daarin het verzoek om een schadevergoeding van 850 euro.

Baan

Badr zat direct na de schoppartij bij de Jumbo 18 dagen vast. Er staat van alles op zijn strafblad, van inbraak tot geweldpleging. ‘Hoe gaat het nu met u?’ wil politierechter Geerars weten. ‘Een stuk beter’, antwoordt Badr. ‘Toen ik vrijkwam, was ik mijn baan kwijt. Dat begrijp ik wel. Ik heb nu een nieuwe baan en een vaste relatie. Mijn schoonfamilie vindt het niet fijn dat ik hier zit, maar steunt mij wel. Aan alcohol doe ik niet meer. Ik heb ook geen contact meer met mijn oude vrienden.’ Die stappen geven aan dat Badr het vermogen heeft om van zijn wangedrag te leren, schrijft de reclassering in een onderzoeksrapport. Zij zouden willen dat Badr een meldplicht krijgt en zich laat behandelen. ‘Daar werk ik natuurlijk aan mee.’

Gebukt

Officier van justitie Van Loon is misselijk van de gewelddadige videobeelden, maar hij is ook onder de indruk van Badrs berouw. Natuurlijk, Badr heeft bij de Jumbo geprobeerd om mijnheer S. zwaar lichamelijk letsel toe te brengen en ‘de kans dat dit was gebeurd, was heel reëel’, maar de geweldsexplosie is ook Badr ‘niet in de koude kleren gaan zitten’. De officier: ‘De reclassering heeft gezegd dat de verdachte heel veel spijt heeft en eigenlijk gebukt gaat onder wat hij heeft gedaan. Zij schrijven dat hij inzicht heeft gekregen in zijn eigen gedrag. De kans op herhaling is daarom gemiddeld en ze adviseren een deels voorwaardelijke straf en behandeling om zijn agressie te beteugelen.’

Uitzondering

Badr zou een onvoorwaardelijke gevangenisstraf moeten krijgen, zegt officier van justitie Van Loon. ‘Over het algemeen aarzel ik ook niet om dat te eisen, maar gezien de houding van mijnheer en wat de reclassering daarover schrijft, denk ik dat zo’n straf in dit geval contraproductief zou zijn. Wat mij betreft gaat mijnheer bij hoge uitzondering niet terug naar de gevangenis. Ik eis een gevangenisstraf van 90 dagen, met aftrek van de 18 dagen die hij in voorarrest heeft gezeten, waarvan 72 dagen voorwaardelijk. Daaraan koppel ik een meldplicht en een behandelverplichting. En ik vorder een werkstraf van 180 uur. De schadevergoeding van 850 euro vind ik eerlijk gezegd aan de lage kant en volledig terecht.’

Pijlers

Het lijkt erop dat de officier van justitie het gras voor de voeten van raadsvrouw Verhoek heeft weggemaaid, want over de eis van 72 dagen voorwaardelijke celstraf heeft ze ‘niet zo veel te zeggen’. Over de vordering van 850 euro trouwens ook niet. ‘Dat bedrag wordt gewoon betaald’, zegt Badr, die volgens raadsvrouw Verhoek gelukkig verzekerd is van ‘werk, wijf en woning’. ‘Deze 3 pijlers bieden voldoende houvast om te voorkomen dat dit nog een keer gebeurt’. Omdat Badr 5 dagen in de week werkt en bij het centrum voor ambulante forensische geestelijke gezondheidszorg De Waag in behandeling gaat, zou de Rotterdamse politierechter de werkstraf wel wat moeten matigen, vindt advocate Verhoek.

Straf

Dat verzoek is niet tegen dovemansoren gezegd. Politierechter Geerars gaat de werkstraf terugbrengen tot 0 uur. Het siert Badr dat hij spijt heeft betuigd en op het rechte pad wil komen, maar hij heeft op 17 juni in Bergschenhoek wél een kwetsbare oudere man het ziekenhuis ingeslagen, memoreert politierechter Geerars. ‘Er staat 6 maanden voor het opzettelijk toebrengen van zwaar lichamelijk letsel. Nu is het daar gelukkig niet toe gekomen, maar de poging is er wel. Dan trek ik van die 6 maanden 2 maanden af; houd ik 4 maanden over. En dan hoor ik de officier van justitie vragen om u bij hoge uitzondering, in combinatie met een voorwaardelijke gevangenisstraf, een werkstraf op te leggen. Ik begrijp de intentie, maar als je iemand zo mishandelt, dan vind ik dat geen passende straf. Hier past alleen gevangenisstraf bij. Ik kan het niet anders maken. Ik geef u een gevangenisstraf van 4 maanden, waarvan 1 maand voorwaardelijk, met een meldplicht bij de reclassering en een behandelverplichting.’ De schadevergoeding wijst de politierechter volledig toe.

* Badr is niet zijn echte naam.

Uitspraken