Jacqueline Frima, als rechter betrokken bij het project wijkrechtspraak, geeft een voorbeeld wat maar al te vaak voorkomt in Rotterdam-Zuid, de locatie van de pilot. ,,Het klinkt als een complexe zaak, maar dit is absoluut geen uitzondering: een moeder met drie puberende kinderen is net verlaten door haar man. Maar omdat de man nog niet is uitgeschreven op haar adres heeft ze problemen met het verkrijgen van een uitkering. Daar komt nog bij dat ze nooit met het huishoudgeld is omgegaan en zelfs geen eigen bankpas heeft, waardoor ze nu de huur niet meer kan betalen. Huisuitzetting dreigt en deze problemen zorgen voor stress bij de kinderen, die daardoor totaal ontsporen. Tot slot heeft haar ex-man haar ook nog geslagen na een ruzie over de omgangsregeling”, schetst Frima de casus.
Dit leidt er toe dat deze mevrouw bij meerdere rechtsgebieden én rechters moet verschijnen. Bij de kantonrechter en insolventierechter voor de huisuitzetting en bij de bestuursrechter voor de problemen met de uitkering, en dan ook nog bij de insolventierechter voor de schulden. De familierechter komt er aan te pas voor de omgangsregeling en het scheiden, terwijl deze zich ook moet uitspreken over de problemen met de kinderen, omdat Jeugdzorg zich heeft gemeld. Daarnaast is de moeder ook slachtoffer van de mishandeling en dus onderdeel van een strafzaak.