In het strafproces kan een procespartij de rechter verzoeken om de behandeling van een zaak uit te stellen. Dit wordt aanhouding genoemd. Aanhouding kan bijvoorbeeld aan de orde zijn als de verdachte door ziekte niet op de zitting aanwezig kan zijn. Voor de behandeling van verzoeken tot aanhouding van strafzaken is door het
LOVS een aanhoudingenprotocol vastgesteld. Het LOVS heeft het landelijk aanhoudingenprotocol op 18 november 2011 vastgesteld. Het landelijk aanhoudingenprotocol dat door het LOVS op 9 september 2005 was vastgesteld, is hiermee komen te vervallen.
In het belang van alle procesdeelnemers is het protocol erop gericht de rechtseenheid bij het beoordelen van aanhoudingsverzoeken zoveel mogelijk te bevorderen. Daarnaast wordt met het protocol een voortvarend verloop van de procesgang beoogd alsmede een optimale benutting van de zittingscapaciteit van de gerechten. Het protocol heeft voornamelijk betrekking op verzoeken tot aanhouding die voorafgaand aan de zitting zijn ingediend. Voor tijdens de zitting gedane verzoeken dient het protocol zoveel mogelijk overeenkomstig te worden toegepast.