Meestal is de Raad voor de Kinderbescherming de verzoeker van een OTS. Daar gaan belangrijke stappen aan vooraf:
Stap 1: jeugdhulp via gemeente
Als er zorgen zijn over de ontwikkeling van een kind, kan hulpverlening nodig zijn. De gemeente moet zorgen dat er
jeugdhulp voor het kind komt (rijksoverheid.nl).
Stap 2: onderzoek Raad voor de Kinderbescherming
Soms werkt de hulp vanuit de gemeente niet voldoende, bijvoorbeeld omdat de ouders niet goed meewerken aan de hulpverlening. De jeugdhulporganisatie of Veilig Thuis kan de
Raad voor de Kinderbescherming dan vragen onderzoek te doen. Een onderzoeker van de Raad voor de Kinderbescherming voert gesprekken met de ouders, het kind en eventuele andere betrokkenen om uit te zoeken wat er precies speelt. De onderzoeker maakt hiervan een verslag.
Stap 3: Raad voor de Kinderbescherming doet een verzoek tot OTS
De Raad voor de Kinderbescherming kan aan de kinderrechter vragen om een OTS uit te spreken als:
- er ernstige zorgen zijn over de ontwikkeling van het kind, en
- de vrijwillige hulpverlening onvoldoende heeft geholpen, en
- de verwachting is dat de ouders of verzorgers met gezag op termijn weer zelf (met begeleiding) het kind kunnen verzorgen en opvoeden, maar daarbij wel eerst (verplicht) hulp nodig hebben.