Laden...

Voogdij

Dit is een afdruk van een pagina op Rechtspraak.nl. Kijk voor de meest actuele informatie op Rechtspraak.nl (http://www.rechtspraak.nl). Deze pagina is geprint op 01-01-1970.

Skip Navigation LinksHome > Onderwerpen > Voogdij

Voogdij is gezag dat wordt uitgeoefend door een ander dan de ouders. Bijvoorbeeld na het overlijden van één of beide ouders. Of als de ouders het gezag (tijdelijk) niet kunnen uitoefenen. Eén persoon, twee personen samen of een instelling kunnen voogd zijn van een kind.

Inhoud

Waar op deze pagina ‘ouders’ staat (als het kind 2 juridische ouders heeft),
kunt u ook ‘ouder’ lezen (als het kind 1 juridische ouder heeft).

 

 

Voogdij en gezag

Gezag betekent dat er zorg wordt gedragen voor de verzorging en opvoeding van een minderjarig kind. Gezag, uitgeoefend door een ouder, heet ouderlijk gezag. Voogdij is gezag dat wordt uitgeoefend door een ander dan de ouders.

Voogd aanwijzen door ouders of benoemen door rechter

Voogd aanwijzen

U kunt als ouders een voogd aanwijzen voor na uw overlijden:

  • in het testament (via een notaris)
  • door registratie in het gezagsregister (via de rechtbank)

Procedures voogdij

De rechtbank benoemt een voogd:

 

 De voogd - belangrijke informatie op een rij

>Alles uitklappen
  • Een kind krijgt een voogd:

    1. als geen van beide ouders het gezag over het kind heeft:

    • omdat het gezag van de ouders is beëindigd, of
    • omdat ze overleden zijn

      Goed om te weten:
      Is er maar één ouder met gezag over het kind? En overlijdt deze ouder? Dan kan de andere ouder (juridische ouder) zonder gezag, het gezag aanvragen. De rechter zal de andere ouder dan meestal met het gezag belasten. Alleen als de rechter dat niet in het belang van het kind vindt, benoemt de rechter een voogd.

    2. als de ouders het gezag (tijdelijk) niet kunnen uitoefenen, omdat ze de verantwoordelijkheid van het gezag niet kunnen dragen:

    • omdat ze minderjarig zijn, of
    • omdat ze onder curatele zijn gesteld, of 
    • omdat ze een geestelijke stoornis hebben.

    Of omdat het voor de ouders (tijdelijk) onmogelijk is om het gezag uit te oefenen. Bijvoorbeeld omdat de ouders in de gevangenis zitten. Of omdat de verblijfplaats van de ouders onbekend is.  

  • Voogdij door één persoon

    Een voogd als persoon:

    • mag geen ernstige geestelijke ziekte hebben. 
    • mag niet onder curatele staan.
    • moet ouder zijn dan 18 jaar.
    • moet de benoeming als voogd aanvaarden (accepteren).

    Voogdij door twee personen samen

    Twee personen (die niet de ouders van het kind zijn) kunnen samen voogd zijn. Dit komt vaak voor bij pleegouders die al langere tijd voor een pleegkind zorgen. Voor voogdij door twee personen (gezamenlijke voogdij) gelden naast bovenstaande voorwaarden bij ‘voogdij door een persoon’ ook dat de voogden een persoonlijke band hebben met het kind. De voogden voeden het kind samen op. Het kind moet kunnen opgroeien in een veilige en vertrouwde omgeving bij beide voogden. De rechter beoordeelt dit. De rechter kan het verzoek tot gezamenlijke voogdij afwijzen als het belang van het kind bij toewijzing in gevaar komt.

    Zie ook: verzoek voogdij.

    Een instelling

    Een voogd hoeft niet altijd een persoon te zijn, de rechter kan ook een gecertificeerde instelling (jeugdbeschermingsorganisatie) tot voogd benoemen. 
  • Ouders kunnen in een testament of het gezagsregister een voogd of twee voogden aanwijzen voor na hun overlijden. Ouders kunnen geen instelling als voogd aanwijzen. Als de aangewezen voogd na overlijden de voogdij accepteert, is een beslissing van de rechter meestal niet nodig.

    Soms is er wel een beslissing van de rechter over de voogdij nodig. Bijvoorbeeld als:

    • de ouders zijn overleden en zij geen voogd hebben aangewezen
    • de ouders zijn overleden en zij ieder een andere voogd hebben aangewezen
    • het gezag van de ouders door de rechter is beëindigd
    • de ouders de verantwoordelijkheid voor het gezag (tijdelijk) niet kunnen dragen. 

    De Raad voor de Kinderbescherming praat dan met de personen die betrokken zijn bij het kind. De rechter organiseert als het nodig is een zitting en benoemt een voogd. In ieder geval als het kind 12 jaar of ouder is, vraagt de rechter tijdens een kindgesprek ook naar de mening van het kind.

 Uw situatie – voogdij in de praktijk

>Alles uitklappen
  • Dat hangt ervan af of u de enige voogd bent of dat u samen met een ander persoon de voogdij heeft.

    Bent u de enige voogd?

    Dan bent u verantwoordelijk voor:

    • de verzorging en opvoeding van het kind. U hoeft dat niet zelf te doen, het kind kan bijvoorbeeld ook in een pleeggezin wonen. En: 
    • het regelen van de geldzaken van het kind. De kantonrechter houdt toezicht.

    Bent u samen voogd?

    U heeft meer plichten dan een voogd die alleen is:

    • u bent - net als ouders - verplicht om het kind te verzorgen en op te voeden. Het opvoeden en verzorgen van het kind doet u altijd samen.
    • u betaalt samen de kosten voor het kind.

      Let op: dit kan anders zijn als u met een zorgaanbieder een pleegcontract heeft gesloten.
  • Zolang er een ouder is met gezag over het kind, hoeft u als aangewezen voogd niets te doen. U hoeft ook geen toestemming te geven voor de aanwijzing in het gezagsregister of testament. Overlijden de ouder(s) met gezag? Dan hangt het van de situatie af of er een voogd moet komen en u iets moet doen.

    Er hoeft meestal geen voogd voor het kind te komen als:

    • één van de twee ouders met gezag overlijdt: de andere ouder krijgt na het overlijden automatisch alleen het gezag over het kind.
    • er twee ouders zijn en de ouder die alleen het gezag heeft overlijdt: de andere ouder of de Raad voor de Kinderbescherming kan de rechter vragen om het gezag toe te kennen aan de nog levende ouder zonder het gezag. Als de rechter dat niet in het belang van het kind vindt, wijst de rechter het verzoek af. De rechter benoemt dan een voogd.

    Er is wel een voogd voor het kind nodig als:

    • het kind één ouder (met gezag) heeft en die ouder overlijdt.
    • beide ouders met gezag overlijden.
    • de ouder die alleen het gezag heeft overlijdt en de andere ouder (zonder gezag) het gezag over het kind niet wil of kan krijgen.

    Op het moment dat er een voogd nodig is, besluit u als aangewezen voogd of u de voogdij aanvaardt (accepteert). Doet u dit? Dan bent u verantwoordelijk voor de verzorging en opvoeding van het kind.

  • U stuurt een bereidverklaring naar de rechtbank

    Als u hoort van het overlijden, kunt u zelf de rechtbank laten weten dat u voogd wilt worden. Dit doet u door een bereidverklaring naar de rechtbank te sturen.

    De bereidverklaring is een brief waarin u aangeeft dat u voogd wilt zijn voor het kind. De bereidverklaring stuurt u naar de griffie van de rechtbank die de woonplaats van het kind in het werkgebied heeft.

    Soms wordt u eerst via een brief gevraagd

    Het kan zijn dat u eerst een brief krijgt met daarin de vraag of u voogd wilt worden. De afzender van de brief kan zijn:

    • de Raad voor de Kinderbescherming, of
    • de rechtbank, of
    • de notaris, of
    • een belanghebbende, zoals een erfgenaam of een tijdelijke voogd.

    Wilt u de voogdij aanvaarden (accepteren)? Als u de vraag via een brief heeft ontvangen, stuur dan op tijd uw bereidverklaring op:

    • u woont in Nederland: binnen 14 dagen na ontvangst van de brief moet de rechtbank uw bereidverklaring hebben ontvangen.
    • u verblijft buiten Nederland: dan moet u binnen 2 maanden reageren.

    De bereidverklaring stuurt u naar de griffie van de rechtbank die de woonplaats van het kind in het werkgebied heeft.

    Registratie in het gezagsregister

    Het kan zijn dat de griffie van de rechtbank u na de ontvangst van de bereidverklaring, om een aantal documenten vraagt. Als aan alle wettelijke vereisten is voldaan, registreert de rechtbank in het gezagsregister dat u de voogdij heeft over het kind.

  • Het kan voorkomen dat u bent aangewezen als voogd, maar deze taak niet kunt of wilt uitvoeren.

    Als u geen voogd wilt worden, wordt er eerst gekeken of er nog een andere voogd is aangewezen door de ouders. Zij mogen namelijk meer dan één voogd aanwijzen.

    Bent u de enige aangewezen voogd? Dan kijkt de Raad voor de Kinderbescherming (op verzoek van de rechter) of een andere persoon de voogdij op zich kan en wil nemen. Is er geen geschikte persoon, dan benoemt de rechter een jeugdbeschermingsorganisatie (gecertificeerde instelling) tot voogd.


  • Wilt u voogd worden van een kind uit het Caribisch deel van het Nederlands Koninkrijk (zoals Curaçao)? Bijvoorbeeld omdat het kind in Nederland wil gaan studeren, zonder gezaghebbende ouder(s). Dan hoeft u in Nederland meestal niet naar de rechter. De voogd wordt in dit geval benoemd door de rechter van het Caribisch deel van het Koninkrijk. De Raad voor de Kinderbescherming doet meestal eerst onderzoek en geeft advies. Voor het beëindigen van de voogdij is opnieuw een beslissing van de rechter nodig.

    Meer informatie over de voogdijregeling voor jongeren uit het Caribisch gebied (Kinderbescherming.nl)


De rol van de Raad voor de Kinderbescherming

De Raad voor de Kinderbescherming kan aan de rechter vragen om een voogd voor een kind te benoemen. Bijvoorbeeld als er verschil van mening is over wie de voogdij krijgt. Of als het gezag van de ouders door de rechter is beëindigd. Voordat de Raad voor de Kinderbescherming een verzoek doet, praat zij met het kind en de familie. Zo onderzoekt de Raad voor de Kinderbescherming wat in het belang van het kind is. De rechter kan de Raad voor de Kinderbescherming ook om advies vragen in procedures over het kind.

Start voogdij

Wanneer de voogdij start, hangt af van de situatie.

Ouders hebben een voogd aangewezen voor na hun overlijden

De voogdij start als:

  • de ouders zijn overleden, en
  • de aangewezen voogd zich bereid heeft verklaard (via bereidverklaring) de voogdij te aanvaarden.

Aanvaarding van de voogdij kan pas na overlijden van de ouders en moet schriftelijk.

De rechter benoemt de voogd

De voogdij start als:

  • de aangewezen voogd de voogdij heeft aanvaard, en
  • de rechter de voogdij heeft uitgesproken.

Aanvaarding van de voogdij kan schriftelijk (via een bereidverklaring) of mondeling op de zitting. 

Einde voogdij

Voogdij kan om meerdere redenen eindigen:

  • als het kind meerderjarig, dus achttien jaar, wordt.
  • als de rechter oordeelt dat één of beide ouders (weer) voor het kind kan/kunnen zorgen en hen weer met het gezag belast.
  • als de voogd (besluit te stoppen en) door de rechter wordt ontslagen.
  • als de voogd overlijdt, de rechter benoemt dan een nieuwe voogd.

Geldzaken van het kind regelen

Als voogd moet u het geld van het kind op een goede manier beheren en beschermen, ook bewind voeren genoemd. Dit houdt in:

  • U mag noodzakelijke uitgaven voor het kind uit het vermogen van het kind betalen.
  • U moet de kantonrechter aan het begin van de voogdij en ook daarna inzicht geven in de geldzaken van het kind (de rechter geeft aan wanneer).
  • De kantonrechter kan een bedrag bepalen dat u per jaar mag besteden aan de verzorging en opvoeding en het beheer van het vermogen van het kind.
  • Soms moet u toestemming aan de kantonrechter vragen om een beslissing over de geldzaken van het kind te mogen nemen.

Zo kan de kantonrechter in de gaten houden dat u de geldzaken goed beheert. Wordt het kind 18 jaar, dan heeft het kind vanaf dat moment recht op inzage in de geldzaken (beheert u de geldzaken niet goed, dan kan het kind u aansprakelijk stellen voor de schade die u heeft veroorzaakt). De kantonrechter kan een beloning toekennen voor u als bewindvoerder als hij dit gezien de zwaarte van de taak redelijk vindt. Deze beloning wordt betaald uit het vermogen van het kind.