Het geven van voorrang aan een intensieve werving en selectie van nieuwe raadsheren heeft zijn vruchten afgeworpen; het hof Arnhem-Leeuwarden heeft in de jaren 2018 en 2019 per saldo 54 nieuwe raadsheren verwelkomd (onder wie 21 raadsheren in opleiding, rhio’s)[1].
Daarmee is de bezetting van het gerechtshof weer vrijwel op sterkte, ondanks dat ook in deze jaren raadsheren zijn vertrokken naar elders of met pensioen zijn gegaan. Deze bezetting is voldoende om binnen drie jaar de jaarlijkse instroom van zaken weer tijdig te kunnen behandelen en te beslissen[2]. Doordat een belangrijk deel van de nieuwe raadsheren eerst moet worden opgeleid en de ontstane ‘prop’ in de voorraad zaken moet worden verwerkt is dat nu nog niet het geval. Bij het hof staat een zorgvuldige behandeling en beoordeling voor iedere zaak in hoger beroep voorop, ongeacht de omvang van de voorraad zaken.
De werving en selectie van nieuwe raadsheren zal ook de komende jaren een prioriteit van het gerechtsbestuur blijven. Naar verwachting zullen er de komende vijf jaar -hofbreed- jaarlijks zeven tot acht raadsheren met pensioen gaan. Bovendien zijn de komende drie jaren extra raadsheren nodig om de te grote voorraad zaken en de doorlooptijden blijvend te kunnen reduceren.
[1] In 2018: 32 nieuwe raadsheren onder wie 11 rhio’s. In 2019 kwamen er nog eens 22 raadsheren bij, waarvan 10 rhio's.
[2] Bij een gelijkblijvende instroom van zaken.