Als een arts clozapine voorschrijft, moet de patiënt medisch goed worden gevolgd omdat het medicijn ernstige lichamelijke bijeffecten kan veroorzaken. In dit geval was dat monitoren extra belangrijk omdat de vrouw niet altijd medicijntrouw was en zich bovendien veel terugtrok op haar kamer. Het hof constateert dat er in de periode vóór het overlijden van de vrouw sprake was van vele tekortkomingen binnen de instelling waardoor de zorg aan het slachtoffer ernstig tekort is geschoten. Hierbij wijst het hof onder meer op de te hoge werkdruk onder het personeel, onvoldoende supervisie op de assistent in opleiding die in feite verantwoordelijk werd voor de behandeling van de vrouw, onvoldoende controle op de kennis van deze arts over het behandelen met clozapine, het ontbreken van een opnameverslag en een behandelplan, het onvoldoende adequaat reageren op resultaten van bloedonderzoek en op lichamelijke klachten van de vrouw.